Winters vreetvoer van Dirkjan

AD Magazine, 10 november 2018

Om deze foto’s te kunnen gebruiken, neem contact op met Shody Careman & @careman_fotografie

Rubriek: Gipharts kookeiland

Ronald Giphart heeft altijd honger naar kookboeken. Koken doet hij er nauwelijks uit, maar zich verlekkeren aan de onrealistische plaatjes des te meer. ‘Het heeft iets van pornografie.’

November 2018 is dé feestmaand van het Nederlandse culinaire leven, dat u het even weet. Het begon twee weken geleden met de opening van De smaak te pakken in het Gorcums Museum, een fraaie tentoonstelling van Nederlands kunst over voedsel nog een halfjaar te bezoeken).

Deze maand staat ook in het teken van Nederland Leest, het jaarlijkse feestje van de Openbare Bibliotheken. Alle biebleden kunnen gratis het boek Je bent wat je leest afhalen, waarin koks, schrijvers, wetenschappers én een columnist van deze krant nieuwe stukken hebben gebundeld over ons voedsel. Wat doen we aan verspilling? Wat is de invloed van technologie op onze maaltijd? Wat doen we de aarde aan met onze vreetlust? Waarom vinden we lekker wat we lekker vinden? Er worden 250.000 exemplaren weggegeven, dus haast u.

Maar er is meer. Gisteren was in Amsterdam de uitreiking van Het Gouden Kookboek voor het beste oorspronkelijke Nederlandstalige kookboek, als opmaat voor de jaarlijkse Kookboeken Tiendaagse die vandaag begint. Iedereen die de komende dagen een kookboek aanschaft, krijgt het vermakelijke boekje Bij wie crème fraîche in de aders vloeit van Paul de Leeuw cadeau.

Hoewel ik al veel kookboeken in mijn kast heb staan, heb ik toch altijd honger naar meer, al moet ik bekennen dat we uit de meeste exemplaren hooguit één keer hebben gekookt. Zoals ik vroeger de schaakboeken van mijn vader las (die altijd zeer lezenswaardig waren, tot het moment dat er stellingen werden geanalyseerd en het wiskundige algebra begon), zo lees ik tegenwoordig kookboeken.

Het heeft iets van pornografie: we verlustigen ons aan onrealistische, prachtig uitgelichte plaatjes, in de wetenschap dat zoveel opwindends voor ons eigenlijk niet is weggelegd.

Om iets te doen aan de vele werkloze kookboeken in onze kast mogen mijn gezinsleden iedere maand per toerbeurt een exemplaar uit de kast te trekken en daaruit een gerecht kiezen. Dat levert soms fraaie onverwachte resultaten op. Mijn jongste zoon Beavis (Lasse) was van de week aan de beurt en samen met zijn vriendje Butthead (Sam) koos hij natuurlijk een van de kookboeken van hun absolute held: Dirkjan, van striptekenaar Mark Retera. Dirkjan – een obstinaat, vulgair en beminnelijk personage – kreeg een tijdje terug zijn eigen kookboeklijn, met typisch Dirkjans vreetvoer voor aperte pubers en volwassenen zoals ik. Lasse & Sam kozen uit Snert & Zo, winterkost voor echte kerels! de onvolprezen spareribs.

Daar komen we de maand wel mee door.

Spareribs

Voor 4 personen

  • 1,5 kilo spareribs
  • halve fles hot ketchup
  • 2 tenen knoflook, geperst
  • 4 el sojasaus
  • 4 el azijn
  • 2 el honing
  • 1 el sambal badjak
  • 2 uien, in stukjes
  • 6 el kerriepoeder
  • 4 el arachideolie
  • zout en zwarte peper

Leg de spareribs in een diepe pan en giet er water bij tot ze onderstaan. Voeg zout toe en kook het vlees een halfuur. Giet de pan af en laat de spareribs afkoelen. Maak ondertussen een marinade van ketchup, knoflook, sojasaus, azijn, honing, uien, kerriepoeder, sambal, zout, zwarte peper en olie. Marineer hierin het vlees minimaal een uur (liever een hele nacht). Verwarm de grill van een oven (zorg voor een lekbak) of verhit een grillpan tot hij dampt. Rooster de spareribs goudbruin en gaar (Dirkjan geeft als tip dit in een halfuur te doen, bij ons ging het sneller). Draai de ribs tijdens de bereiding een paar keer om. Dirkjan geeft er nog een serveertip bij: rijst die is aangemaakt met geroosterde pinda’s en koriander. Mijn serveertip: lees Dirkjan bij het verorberen van deze ribs. En denk aan het motto van de CPNB: je bent wat je leest.