AD Algemeen Aardappelkoek naar het recept van de vader van Ronald

Aardappelkoek naar het recept van de vader van Ronald

AD Magazine, 11 augustus 2018

Om deze foto’s te kunnen gebruiken, neem contact op met Shody Careman & @careman_fotografie

Toen ik als student voor het eerst een vriendin mee naar huis nam om voor te stellen aan mijn familie, ontving mijn vader het meisje voorkomend. Nadat we op de bank hadden plaatsgenomen om met thee en koekjes kennis te maken, verdween hij naar de keuken. Hij kwam terug met een grote plastic bak waarin aardappels lagen met daarop een aardappelschilmesje.

‘Zo, laat jij maar eens zien wat je kunt’, zei hij, terwijl hij de bak aan mijn vriendin gaf. Mijn vader zei dat toen mijn moeder ooit kwam kennismaken, zij van mijn oma óók had moeten tonen wat ze waard was in de keuken. Mijn toenmalige vriendin talmde niet en pakte zonder met haar ogen te knipperen het aardappelmesje aan.

Mijn vader stamde uit de tijd waarin de keuken per definitie werd bestierd door de vrouwen des huizes. Tijdens zijn leven veranderde dat. Nadat mijn ouders in de jaren 70 scheidden en ik bij mijn vader bleef wonen, werd er plotseling iets van hem verwacht dat hij zijn leven lang niet had geleerd: zichzelf en mij voeden. Aanvankelijk bestond zijn kookkunst uit blikken opentrekken: witte bonen, bruine bonen, kapucijners en zakjes aardappelpuree, tot ik zei daar gillend gek van te worden.

Toen mijn vader een nieuwe liefde ontmoette – een jongere vrouw met een drukke baan, die terecht geen zin had om achter het aanrecht plaats te nemen – deed hij het enige dat hem te doen stond: hij leerde koken.

Nu is het moeilijk om een oude hond trucjes te leren en daarbij kampte mijn vader ook nog eens met een autoriteitsprobleem. Hij weigerde zich door kookboeken en recepten te laten vertellen hoe hij gerechten moest bereiden, maar hij was wel genegen dingen uit te proberen en zelf creaties te bedenken.

Na een paar jaar oefenen en proefkoken had hij het kunstje redelijk onder de knie. Zijn pannenkoeken vond ik altijd veel lekkerder dan de laffe flensjes die ik bij vriendjes en buurkinderen at (ik wist toen nog niet dat mijn vader in plaats van melk een sloot slagroom in het beslag deed).

Mijn vaders claim to fame was een gerecht dat wij Röbsti noemde, vernoemd naar zijn voornaam Rob. Zijn aardappelkoek was ongeëvenaard. Vanavond ga ik een poging wagen om – aanvankelijk zonder recept – mijn versie te maken, om te gedenken dat mijn vader vandaag 85 zou zijn geworden.

Röbsti, bijgerecht voor 4 personen

800 g vastkokende aardappelen
75 ml slagroom of koffiemelk (ik denk dat mijn vader dat laatste gebruikte)
2 eieren
3 el bloem
1 teen knoflook, geraspt
1 ui, gesnipperd
1 tl sambal badjak
olie
zout en peper

Schil de aardappels. Was en dep ze goed. Rasp ze. Laat de aardappelrasp goed uitlekken. Maak een mengsel van bloem, slagroom, eieren, knoflook, uien, sambal, zout en peper. Doe dit mengsel en de aardappelrasp bij elkaar en roer dit goed door. Neem een grote koekenpan (met deksel) en verwarm een scheut olie tot de pan heel heet is. Giet het gehele aardappelmengsel in de pan en doe het deksel erop. Bak de aardappelkoek een paar minuten tot de onderkant knapperig en bronsbruin is gekleurd. Leg nu een groot bord op de koek en draai de pan en het deksel om. Laat het ongebakken deel terug in de pan glijden en bak de koek nogmaals een paar minuten tot ook dit deel goudbruin is.

Trek u – in de geest van mijn vader – helemaal niets aan van dit recept. U maakt namelijk zelf wel uit hoe u aardappelkoek bereidt.