Animo Schooljaar 1985/’86, Jaargang 56, nummer 4

Redactie: Jean-Marc, Bert, Hans, Hubert, Claudine, Mark

Medewerkers: Daphne, Menno, Ronald, Marc, Robert, Michon, Jakob, Bob, Seniores

Met dank aan: dhr. van Maurik, dhr. Morel, dhr. Kleyn, dhr. Uttien

Het was een koude, kille, gure winterochtend in oktober en de Rector stapte van zijn fiets af. Hij liep door zijn gang, kwam langs zijn conciërge, die een diepe buiging maakte, en bij zijn lerarenkamer aangekomen gooide hij de deuren met een gracieus gebaar open. Hee, wat was dat? Er lag iets op zijn hoogpolige vinyltegels. Hij boog zich voorover en ontdekte een spoortje bloed. Voorts ontdekte hij een gebroken biljartkeu.

“Hier is iets gebeurd!” stelde hij vast. Nu zag hij ook een Seniorketting liggen. Hij handelde zoals dat een ware Rector betaamt.

“Ik wil niet dat mijn school, mijn Seniores in een schandaal verwikkeld worden” zei hij op zo’n afschuwelijk melodramatische manier dat hij er zelf van schrok. Hij pakte de ketting en stopte deze in zijn zak.

“Ik denk da’k maar es een oud vrindje ga opbellen, commissaris Ragas…”

“Hmmmm, ik begin al iets te vermoeden” zei Commissaris Ragas, terwijl hij uit de trein stapte. “En dat” zei hij jolig, “terwijl ik niet eens weet wat er aan de hand is!” Hij rende naar school toe, vloog langs dhr. Smit, die een diepe buiging maakte, ramde ’n pilaar, beukte de deur van de lerarenkamer in tweeën en kuchte.

“Hallowwwww , Lang Gewacht, Dikke Benen, Niet Verwacht, en toch Verschenen!” zei dhr. Ragas jolig, en hij nam een slok ‘water’ uit zijn schouderflaconnetje. “Maar” voegde hij er aan toe: “Ik begin al iets te vermoeden!”

De Rector wees commissaris Ragas het bloed en de keu.

“Luister, ’t, nu even alle gekheid op een keutje, ik.. hmmm, stil!, hmmm, Er is hier iets gebeurd!” stelde com. Ragas hoogst professorabel vast.

“Genoeg gedacht” dronk commissaris Ragas.

Nu kwam ook dhr. Van de Stadt de lerarenkamer binnengewandeld, druk verdiept in het boekje ‘Op naar een Socialistische gemeentepolitiek onder redaksie van Max v/den Berg, Pierre Janssens en Eisse Kalk’.

“Het stimuleren van Activiteiten in de welzijnssector heeft natuurlijk alleen maar zin als de besturen en werkers organisatievor…” zei hij, verdiept in zijn nieuwe bijbel. Met zijn lange benen struikelde hij over de daar liggende biljartkeu.

“Goooodgloeiende god god godve……e” zei dhr. van de’ Stadt rustig en beheerst, “HSjith, ik lig hier met mu neus in du bloet!!!”

“BLOED!!! BLOEHOED!” schreeuwde com. Ragas jolig, “NIEMAND DE DEUR UIT, IK BEGIN AL IETS TE VERMOEDEN!” en hij kwakte de deur inderdaad dicht.

“Waar was jij gisterenavond” begon com. Ragas zijn kruisverhoor monter.

“Ik was naar een sosialistiese konferensie waar wu du konsekwensies van ut tegunwoordidigu doemdenkun busprakun” zei dhr. van de Stadt en begon verder te lezen in zijn boek

“En jij, ’t?”

“Ikku was… weg, ik was hier niet, ik.. he Nico?” Commissaris Ragas begon al iets te vermoeden.

Na wat over en weer gepraat begon het eerste uur, Com. Ragas verhuisde naar een eigen werkplaats het kleine kabinet voor de P-vleugel.

“Kijk he” begon dhr. Bos, economie, “‘Die Animo, ik denk dat wanneer ze een paginaatje of 3 over hebben dat ze dan gewoon dat koppel even een paar pagina’s feuilleton laten schr..!”

“Ja kijkt u nu eens meneer Bos” zei schaakgrootmeester en trots van de hele school Rogier Hentenaar, oudste zoon van het roemrijke kennedy-achtige geslacht van de Hentenaars, waarvan vader Hein-Blake Hentenaar een machtige positie binnen de oudercommissie inneemt en de jongste telg, Liedewij-Lucie, haar bestuurscapaciteiten botvier bij de Seniores.

“Ik denk niet dat u om het Literair Aspekt heen kunt” en hij haalde een schaar uit zijn binnenzak.

“W..wat gaan we doen?” vroeg dhr. Bos, economie, bezorgd.

Maar het was al te laat, begerig en vol overgave begonnen de leerlingen van klas 6v deze baard te scalperen.

WAT ER ALLEMAAL NIET UIT DIE BAARD TE VOORSCHIJN KWAM!!!! Gesmokkelde koffiekopjes en theelepeltjes, Baarnsch Lyceumvellen, Opstellen van Dirk Visser, fietsen, vogelnestjes, schaakborden, een volledige RSV-enquête, het dikke boek ‘General Theory of Employment, Interest and Money’ van John Maynard Keynes en als klapper: EEN BILJARTBAL!!!

“He, een biljartbal” riep Rogier Hentenaar.

“Hik, NIEMAND de DEUR UIT!! dhr, commissaris Ragas, die inmiddels het lokaal binnen was gekomen, en hij ging verder: “Nou, Bos, joh, ouwe Spakenburger, ouwe haringfanaat, je hebt zo wel een blote billen gezicht, zeg, met dat geschoren onderkinnetje” zei com. Ragas jolig, “Maar, waar was jij gisterenavond?

“Ik was foebele, trenen”

“O” boerde com. Ragas, en hij begon al iets te vermoeden.

Het was pauze. Enkele leraren waren aan het biljarten, maar op het kleine podiumpje kwam nu wat beweging. Drie charmante jonge dames betraden de verhoging. Ze begonnen te ‘zingen’

  • Oe, lets talk it over in the ladiesroom
  • Lets talk about the boys
  • You do agree as I assure
  • We have to make a choice

“Wauwmpie, te gek!” vond dhr. Visser, gym, van dit nieuwe dames groepje Carola and the Boombox, bestaande uit Carola Wits, Evelyn Loo and miss D. ter Haar-kroket.

  • Oe, lets talk it over in the ladiesroom
  • Lets talk about the boys
  • You do agree as I assure
  • We have to make a choice

“NOU ROT DAN OP NAAR DIE PLEE, ALS JE ZO NODIG MOT” bulderde dhr. Visser, ouwe tale, maar de meiden zongen verder:

  • Oe, lets talk it over in the ladiesroom
  • Lets talk about the bo…

“Nou, dan ga ik wel weg” zei dhr. Visser en hij liep langs de piano naar de uitgang. Op de piano zag hij het handtasje van drs. van Duin liggen.

“Hmmm” zei dhr. Visser, “Het wordt weer kerstmis, en ik zoek nog naar een goed kado, … wat zou een vent nou toch in zo’n handtasje hebben?”‘vroeg hij zichzelf af, en zonder dat hij het doorhad nam hij het tasje mee naar zijn lokaal, lok. A6.

Daar aangekomen maakte hij het ritsluitinkje los:

“He, een biljartbal” riep hij ontsteld

“HiK, NiEmanD dE DeUR UiT!” rotte com. Ragas jolig en hij begon al iets te vermoeden.

“Waar was jij gisterenavond?”

“Fietsen”

“Nou, tzaljuhobbiemaarzijnhe?” zei com. Ragas, en hij nam nog een slok.

De pauze was afgelopen en brutaal als ANIMO-redacteur Bret Tanner was liep hij de lerarenkamer binnen om een stukje piano te spelen. Al bij de eerste toon merkte Bret dat er iets niet klopte. De B# had een duidelijke afwijking

“Poooootgloeiende pot pot potjandoosje” vloekte hij onbeschoft. Woedend en impulsief, zoals ANIMO-redacteuren nu eenmaal door het leven gaan, gooide hij de klep open.

“He, een biljartbal?!”

“HIk, NiEjMan dU DEUr uiT!!” walmde commissaris Ragas jolig en hij begon al iets te vermoeden, en hij vervolgde:

“Waar was u als ik vrij mag zijn om dat te vragen? gisteren avond” en hij keek de onthutste ANIMO-boy verlangend aan.

“Ik was gisteren hier op school; Animo-werken”

“Zo, zo, heb je nog iets biezonders gezien?”

“Nee, niemand, echt niet, heus niet, hoor”

“Ik geloof je wel, maar heb je echt niemand gezien???”

Bret dacht even na -en huichelachtig antwoorde deze jonge god toen: “0, jaa, hehehe, ik heb DIRK VISSER gezien! Ja!”

“Dirk Visser? Zozo hmhm jaja, Nou, ik begin al iets te vermoeden, hoor!”

UIT HET DAGBOEK VAN COMMISSARIS RAGAS ..-..-’84

Vandaag ben ik al meer te weten gekomen. Mijn dekmantel werkt goed. Alleen die Bret Tanner vertrouw ik niet. Alsmede die Visser, ’t en dhr. Bos. Omdat ik meer over Dirk Visser te weten wilde komen ging ik naar ’t (= ’t Hooft -reg/bn) toe. Nog voordat ik helemaal binnen was had ’t zich aan me vastgeklampt: “Raggie” zei ’t, “Raggie, je moet me helpen, je moet!” Koel en beheerst keek ik hem aan, dronk mijn glas courvoisier leeg, nam een handje pretletters en keek hem zakelijk aan:

“Voor wat, hoort iets euh, voor iets, hoort wat, euh, voor wat gaat de zon op, ik ben geen filantropische instelling!”

“Raggie” zei ’t, “Het mag geen schandaal, geen water-geet aan mijn ..school worden!”. Nu zag ik dat hij iets liet vallen. Er zat bloed aan, zag ik. “Wat is dat, vroeg ik, omdat er bloed aan zat. “Da..Dat is een S..Seniorketting” antwoordde hij, hij zag blijkbaar nog niet dat er bloed aan zat.

“Maar er zit bloed aan!” zei ik, omdat er bloed aan zat.

“Ja” zei ’t, “Er zit inderdaad bloed aan” omdat er inderdaad bloed aan zat. Ik vroeg hem hoe dat bloed er kwam, hij vertelde me het (Ik zal hier later nog eens over uitweiden) en vroeg vervolgens of ik hem wilde helpen.

“Jouw kamertje” zei ik. Met grote ogen keek hij me aan.

“Nee, je bedoelt toch niet…”

“Ja” zei ik, want in dat soort zaken ben ik keihard, “Wie een kuil graaft voor een ander is zelden goed, euh, gehaaste spoed valt er zelf in of zoiets, anyway, doeit of doeit niet?”

“Ik…k.. hmm…kdoet, maar wel voor de school!!”

Hij wou me nog een hand geven, maar zover ga ik nog niet met hem. Ik stuurde hem mijn kamer uit en tevreden stelde ik vast: “Zoals het klokje thuis tikt, tikt het!”

Stinkend, walmend en dampend stond de buikige, beroerde, boerende bovenbouw-massa zich te goed te doen aan de muffe marlborough king-size cigarettes ten einde in het kader van het wegenbouwproject haar longen nog meer te asfalteren. De bel ging. Lomp, loom en lummelig sleepte menigte haar domme, dikke, duffe lichamen vijftien minuten na dit teken door de fris geboende hoofdgang om slapend, slurpend en slijmend de lessen te gaan volgen. Een luie leerling bleef achter, omdat dat zo’n fijne alliteratie is.

“Uche, uche, uche, uche, uche, uche, uche” hoorde hij

“Het stikt hier van de muggen” riep hij triomfantelijk.

“Uche, uche, uche” ging het verder.

Waar kwam dat toch vandaan? Het leek wel of het vanonder de roosters kwam, waar de grond bezaaid lag met een duizendtal peukjes die daar door de smeulende bovenbouwers waren neergesmeten. Het geluid begon aantezwellen:

“UCHE, UCHE, UCHE, UCHE”

WAT ZOU HET TOCH ZIJN? ZOU HET MISSCHIEN… ARNOLD… HITGRAP… ZIJN??? EN WAAROM? EN DOOR WIE? EN HOEZO?

LEES HET VOLGENDE MAAND in deel 5

Cees Cakemeel

Pierre van Gestampte Muisjes

Hier houdt Jean-Marc niet van hoor, en er verscheen een grijns op onze gezichten.