Kijk Magazine 2011, nummer 7
Lang geleden was ik nachtportier in een Utrechts ziekenhuis. Op een nacht kwamen een man en een vrouw de hal binnen, de vrouw hield haar arm om de strompelende man die een handdoek om zijn middel had geslagen. “Hij heeft een probleem”, zei de vrouw tegen mij, terwijl de man mij met een getergd gezicht aankeek.
“Wat scheelt eraan?” vroeg ik.
“Hij heeft al sinds vanmiddag een stijve”, antwoordde de vrouw. “Sorry dat ik het zo zeg. Al bijna zes uur is zijn piemel hard.”
Ik keek naar de man, die mistroostig terugkeek, en belde het nachthoofd. Terwijl de man even later door een opgetrommelde chirurg werd behandeld, leerde ik van een het nachthoofd dat het fenomeen een priapisme heet. Oftewel een langdurige erectie, ook als de man helemaal niet opgewonden is. Het begrip is vernoemd naar Priapus, de zoon van Aphrodite (de Griekse godin van de liefde) en Dionysos (de god van geestdrift en wijn).
Een priapisme kan spontaan optreden; het is dan alsof de geërecteerde penis ‘op slot schiet’ en niet meer terug wil in slaapstand. Een mechanisch probleem. Er zijn twee varianten van het fenomeen, de zogenoemde low-flow en high-flow. Bij de eerste stroomt het bloed uit de penis niet voldoende terug naar het lichaam. Bij de laatste gaat het om kortsluiting van het vasculaire systeem, oftewel: de bloedbuizen in de pik krijgen een te grote toevoer en raken verstopt.
Het moge duidelijk zijn dat een priapisme een medische noodsituatie is. Wanneer een priapisme erg lang duurt, zoals in het geval van de man die aan mijn ziekenhuisbalie stond, kan de kwaal zeer pijnlijk zijn en is directe hulp geboden. Als er namelijk niet tijdig iets aan wordt gedaan, kan een man helemaal nooit meer een stijve krijgen. Of in een nog erger geval kan de penis afsterven. Een priapisme kan een relatief onschuldige bijwerking zijn van medicijn- of (seksueel) drugsgebruik, maar een langdurige, ongewilde stijve kan ook duiden op ernstige ziektes als leukemie of sikkelcelanemie.
De vele liefhebbers van de Amerikaanse vampierserie True blood zullen zich de scène herinneren waarin een personage genaamd Jason een illegaal buisje vampierenbloed te pakken heeft gekregen. Slechts een paar druppels van dit spul zijn goed voor een geweldige seksuele opwinding. Als Jason door de politie wordt gearresteerd drinkt hij echter in de politiewagen snel het héle buisje leeg. Al op het politiebureau krijgt hij een enorme erectie, die niet meer verdwijnt. De volgende dag – de blaren van het masturberen staan inmiddels op Jasons handpalmen – neemt zijn vriendin hem mee naar een dokter en die behandelt hem zoals chirurgen ook in Nederland te werk zouden gaan.
Jason krijgt een injectienaald in zijn geslachtsdeel om het bloed te laten afvloeien. Had dit niet gewerkt, dan had hij ook nog een pijnlijke penisinjectie met adrenaline of andere heftige stoffen kunnen krijgen. Enfin, in het geval van de man die ’s nachts naar het Utrechtse ziekenhuis kwam, was een kleine bloeddrainage genoeg om hem van zijn erectie te verlossen. Opgelucht mocht hij na deze chirurgische ingreep weer naar huis. Een erectie is prettig, maar aan al het goede moet wel een einde komen.