De Volkskrant, 7 mei 2011
Vijftien miljoen jaar geleden botste het Afrikaanse continent tegen het Europese, met als gevolg dat de Middellandse Zee droogviel. Vijf miljoen jaar geleden forceerde de Atlantische Oceaan een breuk in een landtong bij Gibraltar. Hierdoor vulde het enorme bassin in het achterland zich opnieuw met water en culinaire lekkernijen. Vijf miljoen jaar na deze breuk, gisteravond om half acht, zaten wij met een groep vakantiegangers aan de kust van een Grieks eiland, om ons te voeden met wat de zee op voorraad heeft. De Bonte Avond van onze vakantie.
Restaurant Platania in het stadje Pythagorio op Samos wordt gerund door een plaatselijke kok en zijn Nederlandse echtgenote. Het eethuis is vernoemd naar een enorme plataan er recht tegenover. Naast deze boom staat een beeld van Pythagoras, de wiskundige die in dit plaatsje geboren zou zijn.
Pythagoras noemde het heelal ‘kosmos’, oftewel sieraad, vanwege de harmonie die er zou heersen. Misschien dat meneer Pythagoras eens op een pleintje van zijn geboortedorp had moeten eten met acht volwassenen en tien kinderen. Benieuwd of hij nog steeds zo over harmonie zou denken.
Dineren met kinderen, of het er nu drie of tien zijn, blijft een ultiem sociaal-educatief uithoudingsexperiment. Een paar harmonieuze quotes van onze Bonte Avond:
‘Je hoeveelste glas is dit nu dat je deze vakantie hebt omgegooid?’
‘Je moet niet de hele tijd piemel zeggen, dat vinden de mensen hier niet leuk.’
‘Nee, je mag niet nog een verse jus d’orange. Je hebt vandaag al vier glazen verse jus gehad. Ja, ga lekker zitten mokken, daar krijg je echt geen sinaasappelsap mee.’
‘Salade? Ja natuurlijk zit daar groente in.’
“Je hebt nu achttien keer gezegd dat dolmadakias op drollen lijken. Volgens mij heeft iedereen op Samos het inmiddels gehoord.’
‘Hoeveel honderd miljard keer moeten we je nou nog zeggen dat er geen moussaka is’?’
‘Je hoeft niet iedereen te vertellen dat je hebt gepoept. En heb je de wc-papiertjes in de vuilnisbak gedaan? Je mag in Griekenland wc-papier niet doorspoelen. Dat heb ik je al tien keer verteld. Ja, dat is voor ons een beetje raar, maar Grieken vinden het raar dat wij ons papier doorspoelen.’
‘Zit je nou de hele tijd met je vork in de tafel te prikken?’
‘Niet alle rode stukjes uit je gerecht vissen. Die rode stukjes smaken echt precies hetzelfde als de groene stukjes.’
‘Nee, er zit geen ei in je vis.’
‘Als je vraagt of ik je de Stelling van Pythagoras uitleg, moet je niet plotseling van tafel lopen.’
‘We hebben dat Turks fruit cadeau gekregen. Doe dan in elk geval alsof je het lekker vindt.’
‘Je Nintendo weg en zeg eens even dankuwel tegen die mevrouw. Het is heel onbeschaafd om geen dankuwel te zeggen. Zeg dankuwel. En nou ga je godverdomme dankuwel zeggen. Zeg dankuwel of ik breek je arm, hufter.’
En het slotbeeld van onze Bonte Avond: een tafel verderop zat een kinderloos Nederlands echtpaar. Halverwege onze maaltijd waren zij klaar met eten. Dankbaar verlieten ze het terras, direct van hun trauma’s genezen. Met de blik in hun ogen bedankten ze alle dienstdoende goden dat kinderen hen bespaard zijn gebleven.