De Volkskrant, 10 mei 2011
Een paar jaar geleden ben ik ermee gestopt om bij thuiskomst van een vakantie die halve container ongelezen kranten te doorworstelen. Alleen vanmorgen ben ik toch maar door de stapel gegaan, omdat in mijn achterhoofd een Polygoon journaal-stemmetje voortdurend kraakte: ‘Tjonge jonge, mensen, dat was me het weekje wel.’
De kranten hadden genoeg artikelen, analyses en opinies over het koninklijke huwelijk, de executie van Bin Laden, de dodenherdenking en de oplaaiende financiƫle crisis, maar toch had ik na lezing van de gewichtige stukken het gevoel dat ik iets miste, dat iets wezenlijks van de gebeurtenissen aan me voorbijging.
Uit vele onderzoeken is gebleken dat een groot deel van – met name jeugdige – Amerikanen meer actuele feiten en achtergronden haalt uit satirische programma’s als The Daily Show van Jon Stewart, dan uit het nieuwsaanbod van de reguliere media. Kijkers van dagelijkse humoristische beschouwingen blijken een beter beeld van de situatie in de wereld te hebben, dan mensen die hun nieuws hoofdzakelijk peuren uit serieuze kranten en televisiejournaals. Humor maakt rauw nieuws zoet.
Na het doorworstelen van mijn kranten hunkerde ik naar herhalingen van The Daily Show en The Colbert Report van Stephen Colbert op ComedyCentral en Russel Howard’s Good News van de Britse cabaretier Russel Howard op BBC 3, om te zien hoe deze programma’s het wereldnieuws van de afgelopen week hadden behandeld.
Zouden zij een ingrijpende gebeurtenis als de executie van Bin laden stante pede kunnen bezien vanuit een humoristisch standpunt? Het antwoord was ja. Jon Stewart verwelkomde zijn publiek met het zinnetje waarmee hij iedere aflevering begint (‘We’ve got a really good show for you tonight…’), al moest hij er meteen verontschuldigend aan toevoegen dat zijn hoofdgast van die avond, advocaat Philip K. Howard, op het laatste moment was ingevallen voor hun aanvankelijk ingeplande hoofdgast: Osama Bin Laden, die door omstandigheden was verhinderd.
Een bevrijdende bulder dreunde door de studio.
‘At the time we thought it was a pretty special booking,’ legde Stewart uit. ‘But I knew he would puss out.’
Ook de hilarische show van de zogenaamd aartsconservatieve republikeinse Stephen Colbert, direct na The Daily Show uitgezonden, ging over Osama Bin Laden. Eindelijk kon Colbert zijn ‘We Got Bin Laden Party’ houden: in de studio werd de presentator bedolven door tientallen zo goed als leeggelopen ballonnen en een berg stof. De ballonnen hingen er namelijk al sinds 2002. Hierna haalde Colbert een beschimmelde taart tevoorschijn, met een afbeelding van Bin Laden in een balletpakje en de tekst: ‘You are the weakest link, goodbye.‘
‘Believe me,’ verduidelijkte hij, ‘back in 2002, this cake was hilarious.’
In een eerder interview noemde Stephen Colbert, out-of-character, de stijl van zijn programma en dat van The Daily Show ‘constructive irony’, een vorm van nieuwshumor die in ons land ten onrechte vrijwel volslagen onderbelicht is. Dit was het nieuws (vanaf 21 mei terug op RTL4) deed af en toe een min of meer geslaagde poging, Luuk Koelman (in Metro) en Nico Dijkshoorn (in De Pers) schrijven satirisch over het nieuws, maar verder hebben we eigenlijk alleen Fokke & Sukke voor onze dagelijkse portie broodnodige constructieve ironie.
En dat is bedroevend, hoor ik het Polygoonjournaal-stemmetje in mijn hoofd knetteren, want ironie en satire zijn onontbeerlijk om de gebeurtenissen in de wereld te kunnen duiden.