De alleenreiziger

De Volkskrant, 26 juli 2011

Alleen bij een gate, voor een lange reis met connecting flights op mij onbekende vliegvelden. Zo moet het leven van zakenmannen of andere alleenreizigers zijn: wachtend op de vlucht, tussen drommen nameloze medepassagiers. Ik zit met een boek op schoot; pas over anderhalf uur vertrekt mijn vliegtuig. Alles wat ik op een vliegveld kan doen, heb ik al gedaan, er rest mij niets dan te hangen in mijn stoel en te doen alsof ik lees.

Mijn vrouw en dochter spelen in restaurants vaak het spel dat ze de familieverhoudingen van mensen om ons heen proberen te raden. Ook een vliegveld is een mer Ć” boire voor dit tijdverdrijf. Maar zoals mijn vrouw en dochter in restaurants nooit het lef hebben aan de mensen om ons heen te vragen of het een beetje klopt wat ze hebben bekokstoofd, zo zal ik nooit te weten komen of de short story’s, liefdesgeschiedenissen, patiĆ«ntendossiers en familieromans die ik – turend naar de passagiers bij mijn gate – in mijn hoofd heb geconcipieerd, langs de waarheid scheren of de plank totaal misslaan. Had ik maar een cameraman bij me, want alleen een tv-programma als Hello Goodbye kan het maken om zonder gene naar de wederwaardigheden van onbekende mensen te informeren.

Daar zit een Spaanse vrouw met haar puberzoon. Haar man is vorig jaar overleden en heeft haar een vermogen achtergelaten. Ze wil dat haar zoon net als zijn vader iets van de wereld ziet, maar de zoon is al jaren uitgepraat met zijn moeder.

Een Aziatische man ligt te snurken. Van de afgelopen 48 uur heeft hij er 41 gewerkt aan een vastgelopen systeembeheersproject.

Een oudere vrouw alleen met bergschoenen en wandelkleding. Ze heeft haar familie beloofd haar looproute goed uit het hoofd te leren.

Een man met een staartje en sandalen. Hij oogt relaxed en Zen, maar checkt wel om de twee minuten of zijn paspoort en boardingkaart nog in zijn zak zitten. Laat het gaan, dude.

Een vrouw leest het boek Moederland. Ze oogt geraakt door het leven. Al jaren verzamelt ze de geheimen van haar vriendinnen.

Een man met een verse tatoeage van Chinese karakters. De huid om de inkt is rood en gehavend. Hij denkt de zin ‘geen weg is te lang met een vriend naast je’ op zijn arm te hebben staan, maar in feite staat er ‘gevelreiniging met tomatensaus’.

Een bejaard echtpaar. De man houdt zijn vrouw dicht tegen zich aan. Haar hoofd rust op zijn schouder. Ze gaan beiden voor de derde keer op huwelijksreis, de eerste keer met elkaar.

Een man onderhoudt een bijna erotische relatie met zijn iPad. Hij streelt het apparaat, kijkt er hunkerend naar, lijkt er bijna aan te willen likken. Zijn vrouw zit er uitdrukkingsloos naast. Ze mokt niet, maar lijkt ook niet gelukkig.

Een vrouw stuurt twee allerlaatste sms’jes. De eerste gaat erover dat de deksels van de lunchbakjes in de lade onder het fornuis liggen. De tweede stuurt ze aan degene die haar ophaalt van het vliegveld. Een man, hoewel ze thuis heeft gezegd dat hij een oude schoolvriendin is.

Een alleenreiziger die oogt als een kruising tussen Hans Dorrestijn en Harry Vermeegen opent zijn laptop en begint aantekeningen te maken.