de Volkskrant, 5 april 2012
Gisteren bezocht ik een vriend die thuis op bed ligt na te hijgen van een pijnlijke ingreep aan een tot pingpongbal uitgegroeid ontstoken kliertje. Wat is het toch dat mensen anderen in zo’n geval proberen te troosten door iets over henzelf te vertellen dat ook erg is? Ik vertelde mijn vriend van een behandeling die ik een keer heb ondergaan, waarop mijn vriend met een nog pijnlijkere kwaal uit zijn verleden kwam. En zo belandden we in een Monty Python-achtige sketch waarin we tegen elkaar zaten op te bieden in gruwelijkheden.
De allerergste fysieke pijn die ik ooit in mijn leven heb gevoeld associeer ik met de piepjonge schrijver Ernest van der Kwast. Dit speelt zich af in de zomer van 2005, toen Ernest en ik een avond zouden optreden op De Parade in Rotterdam. Een maand ervoor had ik onder narcose een kleine operatie ondergaan genaamd een vaso-vasostomie, in de volksmond een hersteloperatie.
Een paar jaar nadat ik was gesteriliseerd – ook niet bepaald een pijnloze ingreep, zeg ik voor alle mannen die nog hoopvol denken dat ‘het leggen van een knoopje’ te vergelijken is met ‘het bijvijlen van je teennagels’ – werd mijn vrouw… sorry, werden mijn vrouw en ik plotseling geplaagd door een opgelaaid kindverlangen, dat zo sterk bleek dat ik opnieuw onder het mes ging om uit de knoop te worden gehaald.
Alles verliep hierbij vlekkeloos tot ik een maand na de ingreep met Kwast optrad bij De Parade en ik werd bevangen door koorts en een aanzwellende pijn in mijn schaamstreek. Kreunend heb ik mijn voorleesbeurt afgemaakt, waarna ik vol zelfmedelijden naar huis reed. Thuisgekomen stelde ik vast dat een van mijn testikels inmiddels de grootte had van een stevige mandarijn.
Die nacht probeerde ik te slapen, maar de wereld was een kloppende teelbal geworden. Ik kon niet liggen, niet staan, niet zitten, niet lopen, niets. ’s Ochtends heb ik een bevriende arts gebeld, die vaststelde dat mijn kloot inmiddels de grootte had van een handsinaasappel.
Hij nam me mee naar mijn behandelend uroloog, die een echo van mijn zwangere scrotum maakte om te kijken of het misschien ging om een toevallig opspelend gezwel. Toen dit niet het geval bleek zei de uroloog dat we nu twee dingen konden doen. Hij kon het abces in mijn sinaasappel doorprikken, maar het gebied eromheen was niet te verdoven waardoor ik ‘de ergste pijn zou krijgen die ik ooit zou voelen’. De uroloog zei: ‘Na een paar minuten ben je er dan wel vanaf.’
Een andere optie was dat we met penicilline zouden proberen de boosdoener te lijf te gaan. Dan zou ik zeker een maand platliggen en de pijn zou heel langzaamaan afnemen. De beslissing was aan mij. En dat was nogal een keuze. A) Kortstondig de allerergste pijn denkbaar of B) een maand kermend op bed. Later heb ik ‘de balvraag’ aan vrienden voorgelegd: welke keuze zou jij hebben gemaakt en wat leert je dat over je persoonlijkheid?
Ik heb uiteindelijk gekozen voor een lome maand op mijn bank. Daar heb ik geen spijt van, al weet ik dat ‘de ergste pijn die ik ooit zal voelen’ nu een andere keer komt.