Dit stuk stond in Masters. #43, Q4 – 2020.
Foto: John van Helvert
Als schrijver ben ik niet thuis in de wereld van CEO’s, CFO’s, CCO’s, CRO’s, CMO’s, COO’s of hoe die managementfuncties allemaal mogen heten. Ik weet dat C staat voor ‘Chief’ en de O voor ‘Officer’, en dat je daartussen – begreep ik – welbeschouwd mag invullen wat je wilt. Operating. Science. Sales. Marketing. Legal. Design. Data. Privacy. Risk. Marketing. Information. Diversity. Geef het beestje maar een naam.
Vorige maand ontmoette ik mijn eerste CHO. Mijn compagnon Ruud Hollander (Chief Publishing Officer van uitgeverij De Biograaf) en ik (Chief Oldwhoring Officer) werden voorbereid op een ontmoeting met een illustere Chief Hospitality Officer genaamd Roland Rozenbroek. Volgens de Chief Google Officer op mijn laptop is een CHO iemand die de ‘day-to-day operations’ van een hotel of restaurant doet, inclusief het toezicht op personeel en faciliteiten, financiën en administratie. Bepaald geen lichte functie, las ik.
Roland was tot voor kort CHO van Hof van Saksen, een op het voormalige terrein van het vakantie park Nooitgedacht gelegen luxe park in Drenthe. Als CHO was Roland verantwoordelijk voor het succes van het Hof, een resort dat tien jaar geleden op sterven na dood was, maar mede door hem inmiddels behoort tot de beste huisjesparken van Europa.
“Zeg maar gerust dat het het beste park van Europa is”, vertelde Hugo, Chief Reclamebureau Officer van Hof van Saksen. Het idee was ontstaan om voor de pensionering van Roland een boek over deze illustere CHO te laten vervaardigen: een biografie over zijn jaren bij Hof van Saksen, waarin hij zou uitleggen hoe hij de metamorfose van het park heeft aangepakt. Het zou moeten gaan over Rolands buikgevoel, zijn visie, zijn creativiteit en zijn gedrevenheid om iedere medewerker van het park te motiveren om voor de gast alles uit de kast te halen. Altijd meer doen dan een gast verwacht. En bij ieder volgend bezoek zijn verwachtingen wéér overtreffen. ‘Als ondernemer of manager moet je elke kans aangrijpen om succesvoller te worden’, is een van de credo’s van Roland, die weet dat de schoonmaakploegen – Chief Cleaning Officers – even cruciaal zijn voor het succes van Hof van Saksen als het managementteam.
Jarenlang was Hof van Saksen voor hem het centrum van zijn leven, dat is de enige manier om echt succes te behalen. Zijn vrouw zag hij alleen in het weekend. Op weekdagen woonde hij op het park en liep hij er tachtig procent van zijn werktijd als een soort burgemeester rond om te zien hoe het er reilde en zeilde. “Zorg dat je iedere gast persoonlijk leert kennen”, hield hij zijn mensen voor. “En doe iets goeds met die kennis.”
Het vastleggen van zijn inspirerende verhalen en zijn hospitality-kennis zou een mooi afscheidscadeau zijn, niet alleen voor hem, maar ook voor Hof van Saksen, zodat zijn gedachtengoed kan voortleven bij de medewerkers.
“Roland is een heel bijzonder mens”, kondigde Hugo aan, die als reclameman natuurlijk van overdrijven zijn beroep heeft gemaakt, maar in dit geval had hij volkomen gelijk. We ontmoetten Roland op een zonnige middag op een terras, en al snel nadat de Chief Beverage Officer ons van drank had voorzien, bleek Roland inderdaad zeer aimabel en een vermakelijke, tot de verbeelding sprekende prater. Humorvol en gedreven vertelde hij over zijn leven, bijvoorbeeld over de tijd dat hij – begin jaren tachtig – een restaurant begon in Amsterdam, precies op het moment dat daar betaald parkeren werd ingevoerd. Voor veel gasten was dat een reden om elders te gaan eten, op plekken waar je geen gedoe had met kleingeld en muntjesverslindende meters. Dus Roland kocht tien Citroëns BX en bood aan dat mensen die bij hem reserveerden, gratis gehaald en gebracht zouden worden. ‘Dineren zonder parkeren’ was de reclame slogan. Binnen de kortste keren zat het elke avond vol. Bijkomend effect was dat gasten, omdat ze toch niet hoefden te rijden, ook net iets meer dronken. Waar het hem niet om te doen was natuurlijk. Maar toch.
Toen de Chief Coffeemaker Officer ons aan het einde van de ontmoeting had voorzien van een afsluitende kop koffie, kwam de hamvraag. Zouden wij een mooi boek over de scheidende CHO Roland kunnen maken? Met andere woorden: leek het ons wat om een aantal weken op het meest luxueuze huisjespark ter wereld te verblijven en onze tijd te vermeien met goede gesprekken, goed gezelschap, goede verhalen, goed eten en een goed glas wijn?
“Ik zou een CPO van niks zijn als we daar nee tegen zouden zeggen”, antwoordde mijn compagnon. Hierop keken ze allen naar mij.
“Ik moet even in mijn agenda kijken”, zei ik, als een volleerde COO, “maar ik denk dat ik wel een gaatje kan vrijmaken.”