De vereniging

Kijk Magazine oktober 1998, nummer 10

Titel in [Ten Liefde, 2001: NVSH]

De kans is groot dat de ouders of in ieder geval de grootouders van veel KIJK-lezers lid zijn geweest van de NVSH (Nederlandse Vereniging voor Seksuele Hervorming). Het is nu wellicht moeilijk voor te stellen, maar in de jaren zestig en zeventig was deze organisatie met honderdduizenden leden bijna even groot als de ANWB (waarvan heden ten dage nog steeds iedereen lid is). De NVSH werd opgericht in 1946 en hield zich bezig met geboorteregeling, anticonceptiemiddelen en seksuele voorlichting in een tijd dat Nederland zich, net als de rest van de wereld, aan het ontdoen was van schaamte en preutsheid.

Het is vandaag de dag moeilijk voor te stellen (opa vertelt), maar er is een tijd geweest dat seks een mysterieuze en onbespreekbare vorm van lichaamsbeweging was. Waar tegenwoordig de borsten en fysieke liefdesscènes van het scherm af stuiteren, gaf dertig jaar geleden zelfs een onschuldig tepeltje op televisie aanleiding tot een politiek debat in de Tweede Kamer (vraag maar eens of je ouders nog weten wie Phil Bloom was, de eerste blote mevrouw op de Nederlandse buis).

Onder aanvoering van de NVSH wurmde Nederland (ook de families van veel KIJK-lezers) zich massaal los van het wurgende, beklemmende klimaat, om zich met overgave te storten op seksuele revoluties, lichamelijke bevrijding, make love not war, en de vrolijke gekke maffe geslachtsdelenkermis die Nederland sindsdien beheerst.

Natte vinger

De NVSH was een opvolger van de Nieuw-Malthusiaanse Bond, vernoemd naar de beroemde Engelse dominee/wetenschapper Thomas Robert Malthus (1766-1834), die bedacht dat de mensheid ten dode was opgeschreven als zij bleef eten en voortplanten tegelijkertijd. Malthus bestudeerde bevolkingsstatistieken van zijn tijd en concludeerde dat er in het jaar 2000 alleen al in Europa meer dan vijftig miljard mensen zouden wonen, wanneer men een beetje redelijk zou doorfokken. Al deze mensen moesten natuurlijk eten, en daar lag volgens Malthus het probleem. Hij berekende, met een behoorlijke natte vinger, dat Europa voor nog geen twee miljard mensenvoedsel kon produceren. Ofwel: achtenveertig miljard mensen zouden hongerlijden in het Europa van onze tijd (even voor de duidelijkheid: de huidige wereldbevolking ligt rond de 5,5 miljard, waarvan een vijfde permanent honger heeft, dus Malthus zat er goed naast).

Dominee Malthus’ recept voor het probleem van de honger en de overbevolking bleek simpel: arme mensen mochten niet meer met elkaar in één bed gaan liggen en vieze dingen doen, want dan kwamen er ook geen kindertjes meer. Jammer voor de steenrijke Malthus (die wel gewoon mocht n**ken) was dat niemand van die arme mensen zich aan dit voorschrift wilde houden. Hoe ondervoed de arbeiders ook waren, hoe zwaar ze zich in de fabrieken of de mijnen ook hadden uitgesloofd voor een schamel loon, wanneer ze na twaalf uur geestslopende arbeid doodmoe thuiskwamen vonden ze toch nog een piemelbeetje energie om hun genenimplanteerorgaan in moeder de vrouws fibromusculaire buis met gelaagd epitheel te steken.

Al snel kwamen er volgelingen van Malthus die het strenge anti-seksverbod terzijde schoven en inzagen dat mensen altijd met elkaar naar bed zouden gaan, omdat mensen nu eenmaal genetisch geprogrammeerd zijn om met elkaar naar bed te gaan (er zijn zelfs biologen als Richard Dawkins die beweren dat de mens net als alle levende dingen een apparaat is dat door het DNA gebruikt wordt om nieuw DNA te maken).

De neo-malthusianen wilden niet de seksuele drift van de arbeiders onderdrukken, maar wel een einde maken aan de geboortegolf. In hun ogen waren seksuele drift en voortplantingsdrang niet hetzelfde en daarom zou men de arme mensen helpen door hun voorbehoedsmiddelen te geven. Uiteindelijk leidde dit tot miljoenen kilo’s zaadopvangzakjes (condooms), eicelbeschermingsveren (spiraaltjes) en, tientallen decennia later, tot de uitvinding van De Anticonceptiepil.

Hoor ze uit!

Volgens sommigen is de uitvinding van De Pil een van de belangrijkste gebeurtenissen in de westerse wereld. Na de invoering ervan kreeg het feminisme pas echt voet aan de grond, nam de bevolkingsgroei af, ging het abortuscijfer uiteindelijk omlaag, lieten veel meer echtparen zich van elkaar scheiden en steeg het gemiddelde aantal partners per persoon per leven.

Nu heel veel doelen die de NVSH zich gesteld heeft, bereikt zijn (minder taboes, meer vrijheid, overal voorbehoedsmiddelen, abortus gelegaliseerd), is de vereniging steeds kleiner geworden. Twee jaar geleden vierde de NVSH haar vijftigjarige bestaan, maar het eens zo hoge ledenaantal is gemarginaliseerd. En dat terwijl de club in mijn ogen toch nog steeds erg nuttig is. Jongeren tussen de 12 en 20 jaar weten namelijk vaak opvallend weinig feitelijks over seksualiteit en de NVSH geeft daarom voorlichting op scholen en clubhuizen (telefonische hulpdienst 0900-9212, op werkdagen tussen 11.00 en 22.00 uur). In tijden van aids niet onbelangrijk.

Misschien moet je met je ouders of grootouders maar eens een goed gesprek voeren over de NVSH. Hoor ze uit! Waren ze lid? Vraag waar ze in dat geval al die jaargangen Sekstant (de KIJK voor NVSH-leden) hebben gelaten! Vraag sowieso naar vroeger, naar die koddige, geweldige, opmerkelijke, spannende, spetterende jaren zestig en zeventig!