Deventerkoek

Verscheen op 22 maart 2008 in Volkskrant Magazine

Fotografie: Arjan Benning

In Deventer stapt Giphart Martinbrillerig een logement binnen.

Van veel mensen begrijp ik dat zij, net als ik, regelmatig met de ogen van Martin Bril naar de wereld proberen te kijken. Nu heb ik een voorsprong op deze armzaligen, omdat ik regelmatig in het gezelschap van Martin mag verkeren. Bril heeft de gave om liefdevol te schrijven over de rijke armoe van het leven. Voor wie in een eetgelegenheid zit, is het in zijn aanwezigheid moeilijk om de wereld niet op een Brilse manier te aanschouwen. Daar zit een echtpaar hartstochtelijk te zwijgen. Daar hangt een systeemplafond met gaatjes als een Rorschachtest. Daar klinkt de zucht van de serveerster als een gerecht.

Maar soms is Martin er niet bij.

Laatst was ik in Deventer. Bril belde dat hij in een file stond. Schor: ‘Ga jij alvast de stad in.’ Plotseling overviel mij een enorme verantwoordelijkheid. Ik? De stad in? In mijn zielige eentje? En dan zeker gaan zitten tussen andere troosteloze dolers?

In de Nieuwstraat liep ik langs een trapgevel met een uithangbord. Er stond: ‘Hanzestadslogement De Leeuw, 1645, koffie- en theeschenkerij.’ Kijk, dat trof. Martinbrillerig stapte ik naar binnen. De geur van gebrande koffiebonen en gebakken koek. Een man met een klein hoedje achter een nog kleiner glaasje water. Op een plank verweerde koffieblikken van de merken Broekema, Haka, Olda en Douwe Egberts.

Wat is er met Broekema, Haka en Olda gebeurd?

Op een leitje aan de muur: ‘Koffie met een assortiment van vijf verschillende deventerkoeken,’ Ik had nog nooit deventerkoek gegeten, laat staan vijf verschillende soorten.

‘Welke vijf zijn het?’, vroeg ik aan een mevrouw die eruitzag alsof ze Hortance heette. Ze glimlachte zoals ik vrouwen normaal alleen tegen Bril zie glimlachen. De juiste vraag op het juiste moment. Bevallig wees Hortance aan: deventerkoek normaal, deventerkoek met kruiden, deventerkoek met gember, deventerkoek met sinaasappelschillen en deventerkoek met sinaasappelschillen.

Ik keek haar aan.

‘Die laatste twee zijn toch hetzelfde?’, zei ik aarzelend.

Wederom de juiste vraag. Hortance glimlachte bijna hartstochtelijk.

‘Dat ene plakje is dun en langwerpig. Dat andere dik en breed. Dat maakt dus veel uit. Volume bepaalt namelijk de smaak. Probeer het maar.’

Volume bepaalt de smaak. Klonk als een Brilliaanse wijsheid.

Ik proefde beide stukjes.

En daarna de drie andere deventerplakjes.

Tja.

Eigenlijk smaakten ze alle vijf hetzelfde, maar dit durfde ik niet aan Hortance toe te geven. ‘Dat is het leven’, zei Martins stem in mijn hoofd. ‘Diep in je hart verwacht je er veel van. En dan valt het toch tegen.’