Een hufterige schimmel

AD Magazine, 4 november 2017

Om deze foto’s te kunnen gebruiken, neem contact op met Shody Careman & @careman_fotografie

Bestond de Gros Michel nog maar, mijmert Giphart. Deze Vette Michiel smaakte zoals een banaan hoort te smaken: naar banaan.

Er zijn mensen die beweren dat vroeger alles beter was. Dat is natuurlijk onzin en walmende nostalgie, zeker als het om voedsel gaat, want de afgelopen decennia is de culinaire wereld enorm verrijkt. Toch lijkt voor één product de verzuchting wel op te gaan: bananen.

Tot het midden van de vorig eeuw was het overheersende bananenras de fameuze Gros Michel, die heden ten dage alleen nog voortleeft in de overlevering.

Destijds was de Vette Michiel de meest geëxporteerde banaan van de wereld, mede vanwege de houdbaarheid maar vooral vanwege de smaak. De vrucht smaakte zoals banaan hoort te smaken: naar banaan. Volgens de mythe vinden veel mensen bananenschuimpjes te chemisch wat kan komen doordat de suikersnoepies smaken naar die oude Gros Michel en niet naar onze huidige banaan, een vermaledijde variëteit genaamd Cavendish.

De Michel is allang van onze schappen verdwenen, want halverwege de jaren 50 voltrok zich een ramp, althans voor de banaanste banaan der bananen.

Vaatparasiet

Die ramp heette de Panamaziekte, vernoemd naar het land waar voor het eerst een gemene schimmel werd gevonden die bananenplanten vanuit de grond wist te infiltreren. De geliefde Gros Michel was niet tegen deze kloterige parasiet opgewassen. Bijna alle bananenplantages in Midden- en Zuid-Amerika werden besmet, waarop de bananenindustrie noodgedwongen overstapte op een veel minder lekkere banaan.

Deze Cavendish is inmiddels de meest gegeten ‘dessertbanaan’ (oftewel de vers eetbare vrucht, in tegenstelling tot bakbananen). Toch is nu ook de Cavendish in gevaar want er heeft zich de afgelopen jaren een nieuwe vijand aangediend: wederom een hufterige schimmel die vier jaar geleden in Azië werd ontdekt en inmiddels ook in het Midden-Oosten en Afrika wordt aangetroffen.

‘De banaan is ten dode opgeschreven’ kopte deze krant eind september, waarna een voorspelling volgde dat de Cavendish in de toekomst weleens verleden tijd zou kunnen zijn (wat een omslachtige manier is om te zeggen ‘net als de Gros Michel zou kunnen verdwijnen’).

Hoop op een oplossing komt voornamelijk uit Nederland, waar in Wageningen al duizend potentieel schadelijke schimmelsoorten in kaart zijn gebracht en waar gewerkt wordt aan het veredelen van een resistente banaanvariant. Dat kan nog zeker tien jaar duren dus de vraag is wie er gaat winnen.

Tot die tijd kunnen we maar beter zo veel mogelijk bananen eten- voor de zekerheid.

Bananencurry

Voor de currypasta:

  • 2 tenen knoflook
  • 3cm gember
  • 1 stengel citroengras (in stukjes)
  • 2 tl kerriepoeder
  • 2 el palmsuiker of bruine suiker
  • 2 tl komijn
  • 2 tl korianderpoeder
  • 1 tl kurkuma
  • 1 el mosterd
  • 1 tl kaneel
  • 1 kleine groene peper, in stukjes
  • sap van een halve limoen
  • snuf zout

Voor de curry:

  • 1 ui, in stukjes
  • 250 ml kokosmelk
  • 2 grote bananen, in stukjes
  • schaafsel 1 limoen
  • verse koriander

Maak (in een vijzel of keukenmachine) een pasta van knoflook, gember, citroengras, kerriepoeder, suiker, komijn, kurkuma, zout, korianderpoeder, mosterd, kaneel, groene peper en limoensap. Doe een scheut (kokos)olie in een pan. Fruit de ui glazig, voeg de currypasta toe en bak deze twee minuten. Giet de kokosmelk erbij, samen met de banaan. Breng de saus roerend aan de kook en wacht tot de substantie dikker wordt. Roer het limoenschaafsel en de koriander erdoor. Je kunt stukjes gebakken kip toevoegen. Serveer met rijst of brood.