Grannytoer

Vara Gids 14, 6-12 april 2019

Naar aanleiding van de Expositie over 50 jaar Tienertoer schreef Ronald Giphart een stuk. Met onder meer tientallen bijzondere ontroerende en grappige verhalen van tieners die vaak voor het eerst, op reis gingen zonder hun ouders. www.spoorwegmuseum.nl

In mijn jonge jaren ging ik met drie vrienden op een spectaculaire Tienertoer. Ik herinner me vooral onze loodzware rugtassen die waren toegerust om een tocht naar Siberiƫ te overleven. Het idee was om naar Italiƫ te reizen en via Frankrijk, Portugal, Noorwegen, Finland, de Noordkaap, Duitsland, Zweden, Oostenrijk en Gibraltar weer terug te gaan. Dat was ambitieus.

Omdat een van ons een vakantieliefde had in Aken, was dat onze eerste stop. En meteen ook de laatste, want een van mijn vrienden kreeg een heftige voedselvergiftiging van een worstenbroodje dat hij in Nijmegen op het station had gekocht, waardoor hij eigenlijk alleen maar in bed wilde blijven liggen. We sliepen met z’n vieren in de logeerkamer van de ouders van het meisje dat onze zieke vriend kende van de zomervakantie het jaar daarvoor. Hij bleek haar overigens veel beter te kennen dan zij hem, want al snel werd duidelijk dat we niet per se overdreven welkom waren in Aken. Het meisje had inmiddels een vriend, dat speelde misschien ook mee. Enfin, een halve week na ons vertrek – en in geval van mijn vriend een paar kilo lichter – kwamen we thuis, droef te moede, ontgoocheld, blut van het cadeau dat we voor ons niet-zo-gastvrije gastgezin hadden gekocht en genezen van het idee dat we met z’n allen zo nodig door Europa moesten treinen.

Nadat ik, een jaar of zeven later, inmiddels was gedebuteerd als schrijver werd mij gevraagd of ik voor het toenmalige blad Rails een treinreis wilde maken door Afrika. Een soort Tienertoer, maar dan anders.

Via Zimbabwe en Botswana zou ik met een fotograaf naar Kaapstad reizen. Het voelde als een revanche op de mislukte reis van mijn jeugd, want de fotograaf en ik waren verreweg de jongsten aan boord van ‘de meest luxueuze stoomtrein ter wereld’ die ons door de Afrikaanse savanne reed.

De rest van het gezelschap bestond uit gepensioneerde Engelsen, die zich vooral bezighielden met copieus dineren, terwijl we stapvoets reden door verarmde Afrikaanse dorpjes. Decadenter kon het niet. De bejaarden hadden er al een maand in Afrika opzitten. Tijdens een uitgebreide lunch vroeg ik een van de Britse aristocraten hoe hun reis tot dan toe was geweest. Ze hadden een vreselijke tocht vol tegenslagen achter de rug, vertelde hij. ‘Eergisteren bijvoorbeeld,’ zei hij met een sombere blik, ‘werd de lunch pas om drie uur geserveerd!’ Grannytour had zo zijn eigen ontberingen.

Ronald Giphart