Huilen om Theo

Algemeen Dagblad, 1 november 2005

Er zou een BN’er zijn neergestoken Een jaar min een dag geleden lag mijn zoontje (6) grieperig in ons familiebed naar vrolijke kindertelevisie te kijken. Ik werd gebeld door een vriend. Er scheen in Amsterdam een Bekende Nederlander op straat te zijn neergestoken. Gerard Joling, schoot er door me heen.

“Ze denken dat het om Van Gogh gaat.” Mijn eerste gedachte: geen paniek, Theo’s speklaag beschermt natuurlijk zijn vitale delen. Mijn zoon protesteerde toen ik de afstandsbediening pakte. Geen van de tv-zenders bracht het nieuws. Terwijl ik naar geenstijl.nl surfte belde een andere vriend.

“Weet jij of Theo is doodgeschoten?,” vroeg hij.

“Doodgeschoten?,” schreeuwde ik. Op dat moment een andere lijn: het Radio 1 Journaal. Of ik wilde reageren op de mogelijke moord op Theo van Gogh.

“Moord?” Mijn vrouw riep opgewonden iets van beneden.

“Is het dan al bevestigd dat het om Theo gaat?,” vroeg ik aan de verslaggever. Ik keek naar het tv-scherm en zag dat RTL-Z een ingelaste nieuwsuitzending opende met de enorme kop “VAN GOGH VERMOORD’.

Mijn vrouw kwam de slaapkamer binnengestormd. “Godverdomme!,” riep zij, waarop zij en ik, en ook mijn zoontje in huilen uitbarstten. Dat heeft me later nog dwarsgezeten: dat mijn zoon moest huilen omdat hij ons zag huilen, en dat de harde wereld daarmee definitief intrede had gedaan in zijn onschuldige leven. Net als in dat van Nederland trouwens.