De Volkskrant, 13 november 2008
Sommige schrijvers sluiten zich op in hun werkkamer en anderen ontvluchten die het liefst. Ik hoor tot de eerste groep, al ontkom ik er niet aan om zo nu en dan de boer op te mogen.
Zo bracht een lezing mij eergisteren naar een kasteeltje in Sint-Oedenrode. Op het gevaar af ik dat ik mijn eigen onnozelheid rondwapper: eerlijk gezegd dacht ik dat Sint-Oedenrode de carnavalsnaam was van een of ander Brabants plaggendorpje, zoiets Oeteldonk of Stampersgat. Sint-Oedenrode blijkt daadwerkelijk Sint-Oedenrode te heten.
Om de dagelijkse files bij Utrecht-Oost, Utrecht-Noord, Houten, Everdingen, Culemborg, Beesd, Deil, Zaltbommel, Empel, Rosmalen, Den Bosch en Vught voor te zijn, vertrok ik al in de vroege middag naar mijn bestemming, die lag in een hoek van Noord-Brabant die de Meierij wordt genoemd. Ik was klaar voor een diepe duik in een mij onbekend gebied.
In gespannen afwachting parkeerde ik mijn auto op de Markt (de Mèrt), tegenover een vervallen gebouw dat de Gouden Eeuw heet. Sint-Oedenrode, Rooi voor intimi, oogt niet alsof de Gouden Eeuw er voor buitensporig veel welvaart heeft gezorgd. Ik maakte een korte wandeling door het kleine bescheiden centrumpje. Na nog geen minuut stond ik oog in oog met het Brabantse Mutsenmuseum, gevestigd in een hofje dat van 1434 tot 1972 werd bewoond door ‘behoeftige weduwen en alleenstaande vrouwen van onbesproken gedrag’. Behoeftige weduwen met Brabantse mutsen… mijn reis was nu al geslaagd.
Tegenover de kerk zag ik vervolgens een drogisterij genaamd Henk van der Doelen. In de lichtbak onder zijn naam had de drogist de tekst ‘Jij bent bijzonder’ laten zetten. Ik denk dat ik een minuut naar die tekst heb staan kijken. Het trof me dat ik helemaal naar Rooi had moeten rijden om dat eindelijk eens te lezen. Maar wat bedoelde Henk met zijn boodschap? Hoopte hij zo meer tandpasta, lubri-gel en doucheschuim te verkopen? En hoe bijzonder ben je als iedereen die langs dat bord loopt óók bijzonder is?
In verwarring haalde ik bij de VVV folders en De Rooise Krant, het weekblad van de omgeving. Vermoeid stelde ik vast: hoe heb ik al die jaren kunnen leven zonder deze uitgave?
Tijdens een maaltijd bij brasserie De Beleving verlustigde ik mij aan het leven in dit dorp, dat mij ontspannen en verpozend voorkwam. Rooienaren maken zich druk over een autovrije Heuvel en de herinrichting van de Borchmolendijk. Motorclub D’n Dommel bestaat 15 jaar, en binnenkort neemt een nieuwe carnavalsprins de scepter over van Prins Edward Pap d’n Urste.
Waar was ik woensdag 5 november, toen de leden van wijkvereniging Eerschot hun geluk beproefden met kienen? Waarom heb ik er op 7 november niet even aan gedacht Frank van Damme en Judith Stofmeel te feliciteren met hun huwelijksbootje, dat die dag uitvoer?
Er is veel waarvan we geen weet hebben. Er wordt geregeld gebierfietst in Café d’n Toel – wat bierfietsen ook moge zijn – en de in het voorjaar aangelegde brug in het Dommelpark blijkt bij regen veel te glad, ondanks de veiligheidsstrips op de beplanking. Er zijn mensen gevallen, waarschijnlijk omdat de brug niet recht maar schuin wordt aangereden. En een vraagje: wie heeft dinsdag 28 oktober na de ‘neem-lezing’ in de Beurs de verkeerde leren jas meegenomen? Dan graag even contact!
Na de maaltijd wandelde ik terug naar mijn auto, langs drogisterij Van der Doelen. Ik las de tekst op het uithangbord, en even liet ik mij vertederen door een weemoed naar werelden die ik niet ken en dingen die ik niet heb meegemaakt.