Algemeen Dagblad, 24 november 2005
Gisteren heb ik voor de zoveelste keer aangifte van fietsendiefstal gedaan. Deze keer via een overheidssite met de zelfoverschattende onzinnaam www.veilignederland.nl (het gevoel van veiligheid gaat er echt niet op vooruit als we onze aangiften voortaan zelf mogen intikken, wat dat betreft was www.bespaaronsdemoeite.nl eerlijker geweest). Acht fietsen in twee jaar tijd zijn er van ons ontvreemd, met als tragisch dieptepunt de crossfiets die mijn zoon voor zijn zevende verjaardag had gekregen. Mijn zoon was ontroostbaar en het ging zijn wereld te boven dat er ’s nachts lieden rondrijden op zoek naar kindereigendommen. Hij reageerde met een verbeten boosheid die ik goed kon navoelen, en dagdroomde machteloos over wraak.
“Ik ga ’s nachts wakker blijven en als ze terugkomen sla ik ze in mekaar,” piepte hij, waarna hij zijn allergemeenste scheldwoord toevoegde: ’Klotemensen.’ Die dag belde mijn vriendin een telefoonnummer van het prikbord bij de supermarkt, onder de boodschap ‘kinderfietsje te koop’. Ze dacht in haar argeloosheid dat het om een gezinsoverblijvertje ging. “Maakt niet uit,” zei een meneer norsig maar behulpzaam op de vraag hoe groot het fietsje was dat hij aanbood. “Wij kunnen alles voor u zoeken.” Begrijp: hij kon alles voor ons betonscharen. Mijn zoon had gelijk: wat een klotemens ben je als je op bestelling kinderfietsen steelt. En een nog grotere als je deze fietsen koopt.