Peulvruchten

Foodies magazine, februari 2016

Op 1 oktober 2013 gebeurde er iets bijzonders in de wereld: de 68ste Algemene Vergadering van de Verenigde Naties verklaarde 2016 tot… tromgeroffel… Internationaal Jaar van de Peulvrucht! De Wereldvoedselorganisatie FAO had hiervoor goede redenen: peulvruchten zijn een goedkope en makkelijk te verbouwen bron van eiwitten. De eiwitten uit zuivel zijn een stuk duurder en hebben als nadeel dat mensen er meer vetten mee binnenkrijgen. Eiwitten uit vlees zijn natuurlijk helemaal een aanslag op de portemonnee en de aarde (en de beestjes). Nog een voordeel: de vrolijke vruchtjes van de vlinderbloemfamilie (met familieleden als bonen, pinda’s, soja en erwten) leveren arme boeren over de hele planeet tot twee keer meer opbrengst dan de aanplant van granen.

Hoe makkelijk kun je het als consument goed doen: door meer bonen te eten wordt de rijkdom op aarde beter verdeeld. Nu moet ik bekennen dat ik een getroebleerde verhouding heb met peulvruchten en dat heeft te maken met de scheiding van mijn ouders. Ik bleef bij mijn vader wonen, een man wiens enige culinaire prestatie er tot dan toe uit bestond dat hij ’s ochtends melk opwarmde voor zijn dagelijkse bordje Brinta. Plotseling moest hij een jongetje van elf voeden.

Zijn oplossing: bonen. Heel veel bonen. Bonen uit blik. Witte bonen in tomatensaus. Witte bonen zonder tomatensaus. Bruine bonen. Kapucijners. Tuinbonen. Doperwten uit blik. Geweekte bonen. Melige, kapotgekookte, smakeloze weke blubberige fabrieksbonen. Bonen die bonen zo’n kwalijke geur geven. Ik vrees dat ik in te korte tijd te veel van deze bonen heb gegeten en dat dit mijn hang naar peulvruchten voor decennia heeft verpest.

Gelukkig heb ik aardige en zorgzame mensen in mijn omgeving. Mijn vrouw heeft een paar jaar geleden een ‘boneninterventie’ gedaan en een reeks therapeutische sessies opgezet om mij weer in contact te brengen met mijn innerlijke boon. Inmiddels weet ik dat er wel degelijk geweldige peulgerechten bestaan. Libanese kikkererwtenpasta. Bonensoep. Falafel. Ook ik heb me leren verlustigen aan dubbelgedopte tuinbonen en aan verse doperwten. Ik heb mij – na enige argwaan – zelfs laten verleiden door limabonen (of boterbonen). Ik heb kennis gemaakt met de Japanse edamame en weet inmiddels niet meer wat ik zonder zou moeten. En daarom kan ik met recht zeggen: ja, ik ben klaar voor dit bonenjaar. Kom maar, laten we de wereld boner maken.

Het recept van dubbelgedopte tuinboontjes met gepocheerd ei vind je op foodiesmagazine.nl.