Rectificatie! Afgelopen donderdag stak ik in een column genaamd ‘Verrukkelluk kutje’ de draak met een pornografisch verhaal van Marion Bloem in het tijdschrift Playboy. Het bleek te gaan om een vergissing. De redactie van Playboy heeft inmiddels in een persbericht bekendgemaakt dat zij in de kop en het intro van het verhaal de naam Marion Bloem per ongeluk heeft verwisseld met die van Marion Pauw, de feitelijke schrijfster van het verhaal. Playboy had op zijn internetpagina al eerder sorry gezegd en gerectificeerd. Ook Marion Bloem had op haar Facebook-pagina verteld van de blunder van het blote-borstenblad. Laten we zeggen dat er geen groot onderzoeksjournalist aan me verloren is gegaan.
Ik verwonderde mij over een verhaal waar de naam Marion Bloem bij stond, en dat was voor Bloem geen aangename ervaring. Op Twitter uitte de schrijfster haar onvrede over mijn kwinkslagen. Als ik had geweten dat het verhaal was geschreven door haar collega Pauw, verweet Bloem mij, dan had ik er niet over geschreven. Daarin heeft ze gelijk. Maar aan de andere kant: als Playboy de naam Hella Haasse bij het verhaal had gezet, had ik er zeker een column aan gewijd.
Erover nadenkend hoe ik de vergissing van Playboy een beetje goed kan maken voor collega Bloem herinnerde ik me een verhaal uit mijn middelbareschooltijd. Tijdens een pauze zat ik eens met een clubje vrienden aan een boterham toen mijn klasgenoot Bemmel op ons af kwam geboomd. Zonder dat ik die zag aankomen, kreeg ik van Bemmel een enorme watjekouw. Bemmel liet mij stupéfait achter, want ik was mij van geen kwaad bewust. Toen ik verhaal haalde bleek de dreun te baseren op een misverstand. Iemand had Bemmels naam doorgestreept bij de aanmeldingen voor een voetbalcompetitie en iemand anders had gezegd dat ik dat had gedaan.
Na een minuut of wat kwam Bermnel wederom op mij af, maar met een veel minder kordate pas dan daarvoor. Schoorvoetend en me niet aankijkend sprak hij woorden die in mijn vriendenclub gevleugeld werden.
‘Hé Gippert, spèmmehè?’, wist hij er met moeite uit te brengen. De moeilijke kunst van het sorry zeggen. Het woord ‘spèmmehè’ wordt tot op de dag van vandaag onder mijn oude vrienden gebruikt om verontschuldigingen aan te bieden. Excuses maken heette een tijdje ‘bemmelen’.
Er gebeurde die schooldag nog iets. Bemmel vond blijkbaar dat hij niet bij zijn spèmmehè kon laten. Vlak voor het einde van de pauze drukte hij me gehaast een roze koek in mijn hand, me alweer stupéfait achterlatend. Hij moet hebben geweten dat niets mijn boze gemoed zo tot rust bracht (en brengt) als een roze koek.
Misschien kan ik het dan, bij wijze van roze koek, goedmaken met Marion Bloem door wat free publicity voor het laatste boek te maken. Die roman heet Meer dan mannelijk en verscheen begin dit jaar bij Prometheus. Ik heb het boek niet gelezen, maar op internet vond ik enkele lovende recensies. ‘Overheerlijke literaire erotiek’, schreef een recensent. En: ‘Een roman om van te blozen.’ En een ander schreef: ‘Eindelijk eens een lekker geil boek.’ (Het Nieuwsblad).
Misschien een schoentip voor wie geen mannenblad van de goedheiligman wil.