Schijthuisbuis

VARA Gids 11, 15-21 maart 2025

Belegerde broodjes

Schrijvers Lize Spit, Ronald Giphort, Özcon Akyol, Franca Treur en Abdelkoder Benoli beschouwen het thema van deze Boekenweek: hun moerstool.

Schijthuisbuis

door Ronald Giphart

Een jaar of wat geleden vond ik in een oude koffer een cassettebandje met een opname van mijn vader die mijn zus Karin en mij zogenaamd interviewde over ons leven. We waren een jaar of acht en zes, en niet gehinderd door enige kennis gaven we ons bekkie een douw. Wat mij trof was niet per se onze Weltanschauung maar ons accent: mijn zus en ik praatten plat Dordts, een tongval die het midden houdt tussen het wat hardere Rotterdams, het wat zangerigere Zeeuws en het wat zachtere Brabants.

Dordtenaren spreken niet van ‘een balletje met een brilletje’, maar van een ballechie mettun brílIechie. Ook in de werkwoorden heeft het Dordtse dialect eigenaardigheden: durven is dorsen en dus is gedurfd gedors, gekund en gemogen zijn in Dordrecht gekanne en gemagge. Echte ‘schapenkoppen’ (zoals geboren Dordtenaren worden genoemd) herkennen elkaar ook aan de vreemde klemtoonverschuivingen: de Spuiweg – met het in normaal-Nederlands de klemtoon op de úí – is in het Dordts de Spuiwég. De Noordendíjk. De Grotekérk.

Ook kent het Dordtse dialect en paar idiolectische woorden en uitdrukkingen. Ik herinner me een paar vaste Dordtse spreekwoorchies, bijvoorbeeld een brochie èè me úú (broodje ei met ui) en vèùfdúúzend giettèùzren schèèthuusbúúze (vijfduizend gietijzeren schijthuisbuizen).

Overigens weten maar weinig mensen dat Dordrecht een zeer grote rol speelde in onze taalgeschiedenis en met name de standaardisering van onze moerstaal. De Dordtse Synode – een overkoepelende kerkvergadering – besloot in 1618 onder andere dat er een nieuwe Bijbelvertaling moest komen, die door Nederlanders uit alle winstreken moest kunnen worden gelezen en begrepen. Uiteindelijk zag deze ‘Statenvertaling’ in 1637 het licht, waarna het boek een enorme invloed op onze taal kreeg, niet alleen op woorden en uitdrukkingen, maar ook op verstaanbaarheid.

Dat deze VARAgids zowel in Groningen als in Maastricht kan worden gelezen, komt mede door een Dordtse publicatie. Nie gek héj, vorrn Dors boekkie?