Schrijvers op doortocht naar elders

Algemeen Dagblad, 10 december 2005

“Heb jij ook zo’n grote?,” vraagt Bart Chabot een beetje verdwaasd. Samen met Martin Bril speelden we donderdag een theatervoorstelling in Leeuwarden. Omdat we vrijdag in Apeldoorn optreden, hebben we drie kamers gehuurd in een sjiek hotel genaamd Het Stadhouderlijk Hof, een majestueus optrekje op een plein met een boom waartegen koningin Wilhelmina nog zou hebben gewaterd. Het hotel is statig, met fraaie tapijten en lambrisering. Zei ik kamers? Ik bedoel suites. We zijn een beetje overdonderd: onze vertrekken hebben hemelbedden en midden in de kamer een gigantische ovale jacuzzi, met Griekse zuilen, overal spiegels en een beschilderd hemelfirmament met lichtjes als sterretjes. Nu zijn sommige hotels bedoeld om in te slapen, dat zijn vaak een beetje sneue, muf riekende gebouwen in buitenwijken of bij stations. In dat slag troostloze herbergen slapen handelsreizigers en verdwaalde artiesten, mannen die een eenvoudig bed nodig hebben op doortocht naar elders. Het Stadhouderlijk Hof in Leeuwarden is van een heel ander kaliber. Hoe chic het Hof zich ook mag presenteren: hotels met jacuzzi’s en spiegels aan het plafond zijn er maar voor één ding, voor het blussen van vleselijk lusten.

“Ja, ik heb ook zo’n grote,” antwoordt Martin Bril op de vraag van Chabot. Ook ik beaam zijn vraag. Nu kunnen we ieder voor zich ons enorme bubbelbad vullen, maar we zijn milieubewust, en zo liggen we na een half uur gedrieën te borrelen in één jacuzzi. Schrijvers op doortocht naar elders.