Sophie Hilbrand

Vara Gids 43, 25-31 oktober 2014

Foto’s: Corné van der Stelt

Sophie Hilbrand heeft al een carrière achter de rug, maar diverse programma’s en twee kinderen verder lijkt ze in gesprek met Ronald Giphart haar draai op TV nu echt gevonden te hebben. ‘En ik ben pas 38.’

De carrière van Sophie Hilbrand (38) is stormachtig verlopen: ze presenteerde en figureerde in tientallen tv-programma’s variërend van 6Pack en Try before you die, tot Spuiten en slikken en Je zal het maar zijn. Ze speelde de hoofdrol in de Wolkersverfilming Zomerhitte – samen met haar vriend Waldemar Torenstra – en regelmatig schoof ze aan bij DWDD. Elf jaar geleden stond ze nog anoniem biertjes te tappen in een Amsterdams kroegje, waar ze werd gespot door fotograaf Eric van den EIsen, die bezig was aan Heldinnen (een fotoboek over twaalf jonge vrouwen bij wie hun uiterlijk een rol speelde bij hun beroep). Hij vroeg Sophie (toen 27) aan zijn project mee te werken. Destijds interviewde ik haar voor het boek, en nu weer. Er is in die elf jaar veel veranderd.

Vorig jaar had je ‘een halve burn-out’, zoals je het noemde. Twee jonge kinderen, heel veel presentatiewerk. In een interview zei je dat er één periode was dat je je nóg slechter voelde: toen je achter de bar werkte en niet wist wat je moest doen met je leven. Ik kreeg destijds niet de indruk dat je je zo rot voelde. Dat stuurloze… Ik vulde mijn tijd wel in met leuke dingen doen, maar de onrust van geen focus of richting in mijn leven hebben, vond ik erger dan al het leuke dat er ook gebeurde. Die onzekerheid kon ik niet wegstrepen tegen het plezier. Ik was een… eh… pruttelend potje dat nergens naar toe kon.

Een pruttelend potje? Ik racete overal naar toe. Ik deed een opleiding, ik schreef dingetjes, ik stond achter de bar, maar het had allemaal geen richting. Ik had alle vrijheid, maar genoot er niet van.

En je kijkt niet op die tijd terug van: wauw! Wat een gave tijd! Ja, maar dat is met de wetenschap van nu. Ik herinner me dat ik met iemand zat te kletsen over ‘wat moeten we met ons leven’ en dat ik toen echt… Dat rotgevoel kan ik zo oproepen, als ik wil. Terwijl alles zo leuk was! Werken achter de bar was geweldig. Ik kende veel leuke mensen. Ik had leuke vrienden. Ik had heel veel tijd. Maar ik was stuurloos. En dat duurde maar en duurde maar.

Ik vroeg in die periode aan jou: ‘Wanneer ben je gelukkig? Wat zijn je gelukkige momenten? Ik denk dat ik antwoordde: ‘Als ik verliefd ben.’

‘Ja, nee, liefde,’ zei je. ‘Ik word toch altijd het meest blij van liefde.’ Daar ben ik het nog steeds mee eens. Ik had het er toevallig deze week met een vriendinnetje over die zei dat ze dacht dat ze eigenlijk nooit echt verliefd was geweest. Ik zei tegen haar: jongen, ik ging daar op! Dat was mijn drugs. Door verliefdheid werd de rest verdoofd. Dat stuurloze rondgedobber werd totaal onbelangrijk als ik verliefd was. De liefde werd door mij dan overigens zo groot gemaakt, dat het altijd een enorme deceptie voor die mannen moet zijn geweest als de realiteitszin bij mij terugkeerde. Die kerels dachten verheugd: ik heb nu een meisje, die vindt mij in álles hélemaal geweldig! En dat bleek dan toch niet zo te zijn, haha. Ik heb in die periode wel wat verliefdheden gehad, maar er was altijd gedoe. Waar bij veel mensen het gezeik pas later in hun relatie begint, was dat bij mij al vrij snel. Ik begon met gezeik.

Er komt een ober langs ons terrastafeltje lopen. ‘Eergisteren was je man hier nog!’ roept hij naar Sophie. Zij roept terug: ‘O, is dat zo? Hij zei dat hij in het buitenland was. Zo hoor je nog eens wat, hahaha.’

Oké, nu Waldemar toch ter sprake is gekomen: ik kwam interviews met hem tegen waarin hij uitspraken deed, waarvan ik me afvraag wat jij daarvan vindt. O ja? Wij proberen mondjesmaat dingen over ons privéleven te vertellen in interviews. Ik ben er niet zo mee bezig wat Waldemar wel of niet over me zegt in het openbaar. Hij zat bij Linda en iedereen zegt dan tegen mij: hij was zo lief over je, dat moet je even terugkijken. Heb ik alleen nog niet gedaan.

Ja, dat was heel lief. Maar in een ander interview zei hij iets over monogamie … waar heb ik het? We weten alles van elkaar, dat hoef ik niet in de media te lezen. Maar nu ben ik wel nieuwsgierig…

Hij antwoordt op de vraag of hij in monogamie gelooft: ‘Nee, maar ik doe er hard mijn best voor. Ik hoop nog zeker veertig jaar samen te blijven met Sophie, maar dat is een lange tijd om monogaam te zijn. In veertig jaar tijd heb je heus wel een keertje gezoend met een ander. Of een verliefdheidje gehad. Het is helemaal niet erg als het je een paar keer overkomt.’ Ik vind hem super betrouwbaar, juist omdat hij zo open is. Als het hem zou overkomen dan zie ik hem er voor aan om dat bespreekbaar te maken. Net als dat ik vrouwen spreek die mij dan vertellen: ‘Ja, ik heb wel een keer een half jaar iets voor een ander gevoeld. Ik heb dat gezegd thuis en mocht het een beetje uitproberen en toen zei mijn man: nu moet je kiezen.’ Ik vind dat op zich wel een open blik. Er gaan zoveel mensen uit elkaar, daar word je niet vrolijk van. Dus op het moment dat zoiets gaat spelen – wat nu niet zo is, dus misschien is het ook wel makkelijk om dat te zeggen – zou ik dat heel erg vinden natuurlijk. Het idee dat hij fysiek met iemand zou zijn, spreekt me ook niet aan, maar ik vind het wel eerlijker als hij het zou zeggen. Dat zou ik waarderen. Ik denk dat wij beiden echt niet willen dat het mis zou gaan, om dat soort suffe redenen. En ik vind het knap als ik mensen tref die dat soort zaken overleven.

Destijds vroeg ik je of je er blij van werd als mannen tegen je zeiden dat je zo knap was. Jij antwoorddé: ‘Ik word er blijer van als ik voor een dierenwinkel sta.’ Zei ik dat? [schatert] Wat een weirdo. Lachen om dit terug te horen. Ik snap wel wat ik bedoelde, denk ik. Jullie fotoboek was voor mij een moeilijk project. Ik ben niet met mijn buitenkant bezig. Echt niet. En ik hoef ook niet veel over mijn uiterlijk te horen.

Ik heb aan vrouwen in mijn omgeving gevraagd wat ik jou moest vragen. En wat mij opviel was dat alle vrouwen jou sympathiek vinden. Jij bent een vrouwen-vrouw. Mijn echtgenote zei: wat ik zo goed vind is dat ze nog helemaal niets aan zich heeft laten doen. Of althans, eigenlijk zei ze: ‘Check even van dichtbij of dat ook echt zo is.’ [doet mij na] Nou, die Sophie heeft niets gedaan, hoor. Die heeft groeven, man!’

Valt wel mee… Nee, nou ja, ik snap het wel. Ik denk dat mooie vrouwen, ijdele vrouwen, bedreigend kunnen zijn voor andere vrouwen. Ik vind het een prettige bijkomstigheid dat mensen het sympathiek vinden als ze horen dat mijn uiterlijk mij koud laat. Ik zie om mij heen dat het onder vrouwen van mijn leeftijd gebruikelijk begint te worden dingen aan zichzelf te laten sleutelen.

Dat heb jij toch helemaal niet nodig. Vind ik ook! Maar de druk op vrouwen is wel degelijk heel groot. Word ik er straks afgewipt omdat ik groeven in mijn voorhoofd krijg? Dat zijn vragen die me bezighouden.

Je bent 38. Je ziet eruit als… nou ja, iemand van jouw leeftijd. Prima toch? Dat vind ik een gezond uitgangspunt. Ik voel me mooi als ik blij ben, en dat is het. Als we nu kijken naar de twaalf vrouwen uit jullie boek… Sommigen hebben de vergankelijkheid toegelaten, anderen zijn het gevecht aangegaan.

Mijn sympathie ligt altijd bij mensen die de vergankelijkheid toelaten. Dat is puur en echt. Jij bent 38. Het is volkomen natuurlijk dat jij wat groefjes in je gezicht hebt. Who cares? Nou ja… Regisseurs. Het publiek. Mensen letten er toch op. Het kan best moeilijk zijn als je voortdurend op je uiterlijk wordt beoordeeld om je dat niet aan te trekken.

Je zei elf jaar geleden dat het belang van schoonheid wegvalt als je je omringt met mensen bij wie je je fijn voelt. Dat vind ik nog steeds. Godzijdank. Je zou toch niet willen dat je omgeving jou het idee geeft dat ze je op je uiterlijk beoordelen? Lijkt me een enorme druk.

Over stress en druk gesproken, voelde je die ook toen je vorig jaar die burn-out kreeg? Hoe merkte je dat je die had? Ik had net een tweede kindje gekregen, en ik ging zes weken daarna weer draaien voor Je zal het maar zijn. En ook voor Ruben vs Sophie. En ik gaf ook nog borstvoeding. Dat kost echt energie. Ik ken veel vrouwen die net zijn bevallen en zeggen ‘ik moet ergens krachten vandaan halen, dus dan wip ik die borstvoeding eruit’, maar dat wilde ik per se niet doen. Ik voelde me naar het einde gaan. Dat je opstaat en niet weet of het gaat lukken die dag. Voor mijn tv-programma’s werk ik voornamelijk met mijn hersens, en die leken niet meer normaal te functioneren. Ik was moe. Kon nergens op door associëren. We waren aan het schieten voor Ruben vs Sophie en ik dacht: ik ga naar huis. Ik doe niets meer. Ik kon niets meer.

Moest je veel huilen? Ja, in die periode wel. Omdat ik een grens voelde. Ik zou fysiek zijn ingestort als ik was doorgegaan. Toen ben ik yoga gaan doen om weer te leren ontspannen. Het verdrietigste vond ik het idee dat ik niet genoeg voor mijn kinderen kon zorgen. Mama ligt even in bed. Mama moet even slapen. Mama moet even voor zichzelf zorgen. Dat vond ik zo moeilijk. Mijn kinderen zijn het belangrijkst.

Je zei destijds dat je van betrokkenheid hield. Speelt dat ook mee in je opvoeding? Jazeker. Ik wil mijn kinderen opvoeden met het idee dat ze onafhankelijk moeten leren denken, dat ‘rare dingen’ juist leuk kunnen zijn. Zo probeer ik ze wel in die richting te indoctrineren. Raar is leuk. Geen angst hebben om anders te zijn, dat wil ik mijn kinderen meegeven. Dat heb ik van huis uit meegekregen. Ik hou van mensen die afwijken van de norm. In mijn programma’s komt dat hopelijk terug.

Ook in je nieuwe programma, over jongeren in jeugdgevangenissen? Je moet ‘inrichtingen’ zeggen, niet gevangenissen. Dat heb ik wel geleerd: een rechter straft, een inrichting ‘behandelt’. Ze zitten niet in gevangenissen. Je leest voortdurend over ‘jeugdcriminaliteit’ en ik wilde weten wat dat inhield. BNN is een omroep voor jongeren en over deze jongeren wordt veel geschreven. Maar je ziet ze niet. Ik was nieuwsgierig. Soms staat ergens ‘een achttienjarige man’. Dan denk ik: man? Dat is een joch. Wie is dat dan? Wie zijn het?

Heb je een antwoord gevonden? Ja, ik heb veel zogenaamde criminele jongeren leren kennen. Ik leerde dat inrichtingen die jongens vooral structuur willen geven: dan word je wakker, dan ga je ontbijten, dan ga je naar school, je eet met bestek en niet met je handen. Basisdingen die ze nooit hebben geleerd. Het uitgangspunt is aan sommige jongens laten zien dat samenleven met anderen ook aangenaam en ontspannen kan zijn. Er waren knulletjes die al op hun achtste voor het eerst in aanraking met justitie kwamen. Wat mij het meest aangreep was dat ze nog zo jeugdig waren. Het waren knulletjes. Stop er iets anders in, doe er iets anders mee en hun levens worden totaal anders.

Heb jij dan het gevoel om die jongens te redden? Ja, bij sommige heb ik dat.

Omdat je nu zelf moeder bent? Het raakt me misschien extra omdat ik weet dat ieder pijntje van mijn kinderen keihard binnenkomt. Je voelt als moeder alles. Mijn kinderen zijn nu bijna 5 en 2. Dat raakt me dus.

Zouden jouw kinderen ook het slechte pad op kunnen gaan? Pfoeh. Er is nog zoveel dat ik niet van mijn kinderen weet. Stel dat ze verslavingsgevoelig blijken te zijn. En dat ze daardoor met verkeerde mensen in aanraking komen. Laat ik het zo zeggen… ik vermoed totaal van niet, maar ik steek mijn hand er niet helemaal voor in het vuur.

Ik heb bij jou altijd het gevoel dat jij nog veel gaat doen. Je begon als stuurloos barmeisje en zal eindigen als een vrouwelijke Pauw of Witteman, dat denk ik. Ja, dat denk ik ook! Haha. Nou ja, het is voor het eerst – maar dat komt ook omdat ik met dit programma de tijd heb gehad langer met één onderwerp bezig te zijn – dat ik denk: ik heb mijn richting gevonden. Zo wil ik tv blijven maken. Zelf vind ik de onderzoekende programma’s die ik nu maak en nog ga maken, interessanter dan wat ik hiervoor deed, hoe leuk dat ook was om te doen. Wat ik ook heel bemoedigend vind is dat mensen tegen me zeggen: je bent pas 38, je hebt nog zo lang. Dat is een mooi uitgangspunt. Ik ben pas 38.

CV

Alkmaar, 5 oktober 1975. Volgt de Havo, doet Modeacademie, Marketing & Communicatie en begint een Theateropleiding. Die breekt ze af om voor 6pack (2003) filmpjes te maken. Ze maakt de overstap naar BNN, waar ze onder andere meewerkt aan Spuiten en slikken, Mystery party, Lijst 0, Try before you die en Ranking the stars. Als actrice speelt ze in Grijpstra en De Gier en de hoofdrol in Zomerhitte. In 2009 presenteert ze met Ruben Nicolai Ruben vs Sophie om titels als ‘de beste Homo Universalis’ en ‘De beste Nederlander’. In 2014 presenteert ze Wij zitten vast, ‘over criminele jongeren.

TV

‘Ik ga echt zitten voor College Tour. Of voor 24 met…, dat zijn echt goede programma’s. Kijken in de ziel vind ik ook geweldig. En er zijn programma’s die ik graag terugkijk, zoals Proefkonijnen of Spuiten en slikken op reis. De week van Filemon mag ik ook met plezier terugzien. En dan kijk ik natuurlijk nog series: House of Cards en The News Room met name. En als ik een keer alleen thuis ben (wat niet heel vaak voorkomt) dan zet ik MTV op. Op de radio switch ik tussen 3FM en Radio 1. En in de auto zoek ik het liefst naar goede dansmuziek, dan kan-ie lekker hard!’