Stokslagen voor een verloren stukbrood

AD Magazine, 9 maart 2019

Om deze foto’s te kunnen gebruiken, neem contact op met Shody Careman & @careman_fotografie

Rubriek: Gipharts kookeiland

De kleine Ronald Giphart was een groot liefhebber van kaasfonduen, en dat had alles te maken met Asterix, Obelix en Diplodocus.

Een van de gerechten uit mijn jeugd was kaasfondue, die naar het schijnt in hippe kringen weer bezig is aan een comeback. In de jaren 70 was fonduen een uitermate populair tijdverdrijf, ook bij mij thuis. Door mijn ouders en hun bebakkebaarde vrienden werd niet alleen gretig gekaas- maar ook veel gevleesfondued, hoewel de spanning bij die laatste uitspatting groter was omdat de pan met kokende olie werd warm gehouden boven een spirituspit (ik herinner me van fonduen vooral de blusdeken en de polis van de brandverzekering die mijn vader had klaarliggen).

Ik hield van kaasfondue, niet alleen vanwege de zalvende, zachte en intense smaak van de gesmolten kaas, maar ook vanwege Asterix en Obelix. In Asterix en de Helvetiërs werden de twee opstandige Galliërs door hun druïde naar Zwitserland gestuurd om te zoeken naar edelweiss. Onderweg maakten ze veel mee, zo kwamen ze terecht op een kaasfondue-orgie, waar een grote ketel met gesmolten kaas stond opgesteld.

‘Hebben jullie het begrepen?’ vroeg een dikbuikige Romein genaamd Diplodocus, de organisator van het festijn, aan een lange rij carnavalesk uitgedoste feestvierders. ‘Degene die zijn stukje brood in de fondue laat vallen is de klos. De eerste keer: vijf stokslagen. De tweede keer: twintig zweepslagen. De derde keer wordt hij in het meer geworpen met een gewicht aan zijn voeten.’

Monter begon iedereen te fonduen, maar gaande het bacchanaal raakte iedereen gewikkeld in steeds dikkere kaasslierten. Er was één onfortuinlijke jongeman die almaar zijn stukje brood in de ketel verloor, waarna de menigte uitschreeuwde: ‘De Stok!’ ‘De Zweep!’ ‘In het meer met een gewicht aan zijn voeten!’ Het fijne aan Asterix was dat je er een hoop van opstak over de geschiedenis van het Romeinse Rijk, maar in het geval van kaasfondue zijn de gebeurtenissen helaas niet historisch verantwoord.

Kaasfondue is niet heel erg oud. Gesmolten kaas als gerecht ontstond waarschijnlijk in de 18de eeuw, al zijn er ook historici die zeggen dat fonduen al in de middeleeuwen gebeurde. In de huidige vorm bestaat kaasfonduen pas sinds de jaren 60 van de vorige eeuw, toen de Zwitsers het smelten herontdekten, waarna het gebruik in een razend tempo de wereld veroverde.

Of het ooit weer zo populair zal worden als in de jaren 70, valt te betwijfelen, al hoop ik wel dat de straffen voor verloren brood hetzelfde blijven. ‘De Stok!’ ‘De Zweep!’ ‘In het meer met een gewicht aan zijn voeten!’

Hollandse kaasfondue

voor 4 personen

  • 1 teen knoflook
  • 4 dl witte wijn of witbier
  • 75 ml slagroom
  • scheutje citroensap of azijn
  • 3 el maïzena
  • borrelglaasje kirsch
  • 250 g geraspte Maasdammer
  • 250 g geraspte Goudse belegen kaas
  • 250 g geraspte Hollandse oude boerenkaas
  • 1 lente-ui of bosui, in heel dunne reepjes
  • nootmuskaat

Benodigdheden:

  • 1 fonduepan of caquelon
  • fondueprikkers
  • brander
  • blusdeken
  • brandverzekering

Wrijf de fonduepan in met twee halve tenen knoflook. Giet de wijn (of het bier) en slagroom erbij en verhit dit op het fornuis, zonder het te laten koken. (Als er kinderen mee-eten: de alcohol verdampt, maar gebruik desnoods melk in plaats van wijn of bier.) Voeg een scheut citroensap of azijn toe. Meng de maïzena en kirsch tot een papje en schep dit bij de drie soorten Hollandse kaas. Voeg de kaas bij het wijn-slagroommengsel en roer goed. Laat de kaasfondue niet koken. Roer nog beter. Blijf roeren. Roer extra. Doe de ui, nootmuskaat, peper en zout erbij. Zet de fonduepan in het midden van de tafel op de brander. Houd een blusdeken paraat. Doop brood en stukken groenten in het kaasmengsel.