De Volkskrant, 19 augustus 2011
Afgelopen woensdag zapte ik mij pardoes naar een natuurfilm van de Evangelische Omroep over het fascinerende groepsgedrag van vogels. Spectaculaire beelden van een kolonie flamingo’s die één weekend in het jaar bij elkaar komt op een vlakke moerasdelta, om een beetje te hangen en te flaneren. De vogels trokken in groepen door de massa, met hun lange nekken, dunne poten en parmantige koppen strikt in dezelfde richting. Van bovenaf had men gefilmd hoe de flamingo’s in volstrekte harmonie langs elkaar paradeerden. Een baltsdefilé voor vijftigduizend beesten.
Dit ritueel deed me sterk denken aan het groepsgedrag van de bezoekers van het popfestival Lowlands. Ook op het Lowlandsveld wandelen als vanouds ontelbare scènes, gangs en clans harmonieus van de ene tent naar de andere uitspanning.
Vanmiddag om half 2 gaat in Biddinghuizen de 19de editie van Lowlands van start. Samen met een paar vrienden zal ik dan, op het nog schone festivalterrein, staan wachten op het Britse postpunkbandje The Wombats, als kinde… als seniele bejaarden zo blij. Wij horen tot de oude garde, 40-ontkenners die hardnekkig weigeren te accepteren dat ze al over de helft zijn. Het is als in een scène van Monty Python, waarin we op weg naar Flevoland tegen elkaar opbieden met Lowlands-herinneringen en anekdotes.
‘Ik ben nog eens midden in de Bravo-tent in slaap gevallen. Mensen walsten zo over me heen.’
‘Ik heb ooit nog naast Iggy Pop staan urineren bij de Alphatent. Die was toen al ouder dan wij nu zijn.’
‘Ik kwam al op Lowlands toen het hier nog Zuiderzee heette.’
‘Ik heb hier in de 24-uurs-tent, na afloop van zijn optreden, nog eens met Beethoven een biertje gedronken. Aardige vent, alleen was hij een beetje doof geraakt van het lawaai.’
Dit wordt mijn twaalfde Lowlands in zeventien jaar, wat voor een misantroop en iemand die een hekel heeft aan mensenmassa’s een behoorlijke prestatie is. Een vriend – toevallig een massapsycholoog – vroeg deze week bezorgd wat er zo bijzonder is aan de jaarlijkse uitspatting van muziek, drank, festivalvoer en slaapgebrek. Hem leek het een verschrikkelijk vooruitzicht om drie dagen lang met vijftigduizend mensen op één veld te moeten bivakkeren. Daar kan volgens hem alleen maar ellende van komen.
In alle omstandigheden zouden zoveel mensen op zo’n klein veldje mij ook tegen de borst stuiten, maar bij Lowlands heb ik dat nooit. Lowlands is een sociaal experiment waarover je met gemak een EO-documentaire zou kunnen maken. In al die jaren heb ik op Lowlands oprecht nog nooit een wanklank of agressie meegemaakt.
Als gezegd luiden The Wombats vanmiddag het festival in. Toevallig is dit een energiek britpop-trio (‘everything is going wrong, but we’re so happy!‘) dat mijn clan van 40-ontkenners al volgt sinds de muzikanten het Utrechtse poptempeitje Ekko platspeelden. Een beeld dat me van die avond in 2007 is bijgebleven: na afloop van hun optreden droegen de jeugdige indielads zelf hun instrumenten en boxen naar de gammele bus waarmee ze tourden.
Of ze dat vanmiddag ook zullen moeten doen, betwijfel ik, al weet ik wel zeker dat ze hun bekendste hit zullen spelen: ‘Let’s dance to Joy Division!’, een knipoog naar de zelfmoordmuziek van een band voor mensen die nog ouder zijn dan wij.