This is why

De Volkskrant, 23 februari 2012

In Flawed Giant, de biografie van de Amerikaanse president Lyndon Johnson, staat een fraai verhaal over een onderonsje dat Johnson had met kritische journalisten. Zij vroegen hem waarom de Amerikanen in Vietnam bleven en zich niet gewoon gewonnen gaven. Johnson verloor zijn geduld.

‘Willen jullie het echt weten?’, vroeg hij, toen zijn toehoorders hem veel te scherp bleven bejegenen. Hierop knoopte de president zijn gulp open, haalde zijn penis uit zijn broek en verklaarde plechtig: ‘This is why.

Johnson was volgends de overlevering nogal trots op zijn nobele benedenbuik. Alle politieke journalisten uit die tijd waren bekend met Johnsons gewoonte zijn presidentiële zaakje voortdurend te kneden en te verleggen via zijn broekzakken. Op YouTube staat onder de titel ‘LBJ’s Bunghole Needs Room‘ een hilarisch telefoongesprek van de Amerikaanse president met zijn kleermaker, waarin hij deze verzoekt om broeken met lagere zakken en om vooral meer ruimte voor zijn kruis (‘I need more room for my nuts‘).

Als nieuwe ambassadeurs in Washington hun geloofsbrieven kwamen aanbieden, nodigde Johnson hen soms uit om samen met hem te zwemmen in een klein binnenbad dat ooit voor Franklin D. Roosevelt was gebouwd. Skinny dipping, naaktzwemmen, hoorde destijds bij de tradities van het Witte Huis. ‘Which allowed the President,’ aldus journalist Jerorne Doolittle, ’to establish dominance at the start of a diplomatic relationship.’

Ik moest aan dit verhaal denken toen ik afgelopen dinsdag in de Volkskrant las over de opwinding die er is ontstaan in de Wassenaarse gemeentepolitiek. Twee raadsfracties hebben schriftelijke vragen gesteld over een uit de hand gelopen nazit eerder deze week. Op de achtergrond van dit drankrijke bacchanaal speelde een in Wassenaar gevoelige fusie met buurgemeenten. Een VVD-wethouder zou tijdens dit samenzijn tegen een vrouwelijk raadslid hebben gezegd ‘dat hij haar wel eens even een lesje zou leren, op zijn kamer, met de gordijnen dicht en de kleren uit’.

Hierbij zou de VVD’er het raadslid hebben gemeld hoe lang de vleselijke garde was waarmee hij haar ging geselen: 23 centimeter. ‘Waarschijnlijk overdreven’, was het commentaar van de fractievoorzitter van de lokale partij DLW. Oké, de penis van de VVD-wethouder zou 60,1 procent groter zijn dan de gemiddelde erectielengte van 14,3 centimeter, maar uitgesloten is het natuurlijk niet (al kunnen we wel met zekerheid zeggen dat een politicus die de vermeende lengte van het geslachtsdeel van een collega ‘waarschijnlijk overdreven’ noemt, zelf in elk geval een veel kleinere heeft).

Van Farao’s tot Dominique ’30 centimeter’ Strauss-Kahn: het verband tussen penissen en politiek bestaat al eeuwen. Een tijd terug vond men bij opgravingen een aantekening van de Farao Merenptah (1.224 tot 1.214 v.Chr.), die vertelde hoe groot de overwinning op zijn Libische vijanden was geweest. Na een verbeten strijd met een Libische legermacht zou men de Farao een overwinningsbuit van 13.230 afgehakte penissen hebben gegeven (6 van Libische generaals, 6.359 van Libische soldaten en de rest van buitenlandse huurlingen).

De vraag is wat de Farao met al die afgehakte geslachtsdelen moest, maar het voorbeeld illustreert waarom Lyndon Johnson zijn broek liet zakken en waarom een VVD-wethouder tijdens een fusiestrijd pocht met zijn penis: ze maakten daarmee op een eeuwenoude manier duidelijk: ‘Kijk eens hoe ferm, we zijn nog niet verslagen!’