Kijk Magazine, september 2001, nummer 9
De Chinese communisten leider Mao Zedong was niet alleen de allergrootste serial killer ooit (hij heeft de dood van zeker tien miljoen mensen op zijn geweten), maar ook een van de allergrootste allesneukers ooit. Mao, die pafferig en altijd ongewassen was, predikte ascetische soberheid voor zijn onderdanen, maar Zelf organiseerde hij wekelijks meerdere keren dansavonden & vreetgelagen en deed hij het met duizenden meisjes, hoe jonger hoe beter. Daarnaast hield hij ook van jongens, mannen, oudere vrouwen: geen gat zo gek of Maó deed er zijn gevoeg in. Hoewel iedereen de invulling van zijn seksleven natuurlijk zelf moet bepalen; is gedrag à la Mao niet gezond, en Mao liep dan ook al snel meerdere geslachtsziektes op. Hij weigerde zich hiervoor te laten behandelen, en zo heeft hij vele vrouwen besmet, vrouwen die maar wat trots waren dat de Grote Leider hen had geïnfecteerd. Ze noemden dit ’trofeeën’. Mao’s lijfarts stelde voor dat Mao bij gebrek aan behandeling zijn genitaliën in ieder geval een keer grondig zou laten wassen, maar Mao weigerde een bad te nemen. Hij antwoordde: “Ik was mezelf in de lichamen van mijn vrouwen.” (Geciteerd uit Het privé-leven van Mao door Li Zhisui).
Rubberen eeltlaag
Het is niet vreemd dat iemand met een hyperactief seksleven als Mao iets oploopt. Zelfs al ben je redelijk voorzichtig, dan nog zijn er tientallen virussen, schimmels en infecties die je kunt krijgen als je niet zo nauwkeurig bent geweest met de keuze van je genitale schootdanspartner.
Een jaar of acht geleden werd ik gebeld door een oud-studiegenote met wie ik mij ‘om oude tijden te eren’ ver na de studie ‘per ongeluk’ misschien één of twee keer ‘gediverteerd heb’. Het meisje viel op meisjes, maar soms deed ze het ook met jongens. Het leek me veilig genoeg om het zonder rubberen eeltlaag te doen. Mis. Een half jaar na ons onschuldig tijdverdrijf werd ik door haar gebeld. Ze was inmiddels naar de provincie verhuisd en we waren elkaar een beetje uit het oog verloren. Na een uitvoerige sociale inleiding zei ze bijna achteloos: “O ja, je moet even naar je huisarts. Ik ben besmet met chlamydia en de kans is aanwezig dat jij dat ook bent.”
Chlamydia bleek een voor mannen vrij onschuldige besmettinkje, maar bij vrouwen heeft het onvruchtbaarheid tot gevolg. Mijn huisarts schreef me een kuur voor en gaf me de uitdrukkelijke opdracht iedereen die ik eventueel had kunnen besmetten te bellen en naar de dokter te sturen. Dat was niet zo prettig (één ex-vriendin, met wie ik niet zo prettig was gescheiden, reageerde bits: ‘O, sta ik op je lijstje?’). Het meisje dat mij besmette had haar virus waarschijnlijk opgelopen bij een Italiaanse man die zij in de vakantie had ontmoet en met wie ze het ‘per ongeluk’ ‘heel kort’ gedaan had zonder een condoom.
In Zweden hebben onderzoekers berekend dat het oplopen van een geslachtziekte statistisch gezien makkelijker is dan je denkt. Met behulp van ingewikkelde grafieken en complexe rekensommen kwamen ze erachter dat (Iet op): seksueel hyperactieve mensen een zeer grote kans hebben op druipers (gonorroe), chlamydia of zelfs aids. Dit is op zich niet schokkend, maar hun andere resultaat wel, namelijk dat seksueel minder actieve mensen een grotere kans hebben in het bed te belanden van een seksueel hyperactieve dan van een andere seksueel minder-actieve. Met andere woorden: op zich heeft maar een klein gedeelte van de mensen seks met heel veel andere mensen, maar van de mensen die weinig seks hebben doen velen het met die weinige mensen die veel seks hebben (is dit een beetje te volgen?).
Wegrottende plassers
De Zweden stelden een mathematisch model op waaruit bleek dat de echte allesneukers zich in het centrum van een sociaal web bevonden. De Italiaan bijvoorbeeld die het meisje dat mij besmette besmette, besmette waarschijnlijk meer argeloze toeristen en zo kan hij de verbindende schakel zijn tussen bijvoorbeeld mij, het meisje dat mij besmette, hemzelf, een Amerikaanse vrouw, en haar Mexicaanse vriend.
De onderzoekers van de Stockholmse universiteit stelden in hun rapport als aanbeveling dan ook voor dat grootscheepse Campagnes voor veilige seks gericht moeten zijn op de seksueel hyperactieven, omdat die de grootste verspreiders zijn. De wijze les (voor het eerst in drie jaar columns kom ik nu eindelijk eens met een wijze les) is dus dat je altijd, hoe vervelend dat ook is, met een rubberen eeltlaag moet vrijen als je niet honderd procent zeker bent dat de ander veilig is. Ook als je bijna nooit met iemand naar bed gaat. Het omrollen van een kapotje is nog altijd minder vervelend dan permanente onvruchtbaarheid, wegrottende plassers, dementie of zelfs de dood. Tenzij je Mao bent natuurlijk.