Vet

Verscheen op 18 oktober 2008 in Volkskrant Magazine

Fotografie: Arjan Benning

Het is herfst. Tijd voor een lofzang op vet.

De dagen worden allengs korter en kouder. Gisteren kookte mijn vrouw voor het eerst weer andijviestamppot met spekkies. Traditioneel is het mijn taak om daar jus bij te maken, wat iedere keer anders uitpakt, omdat ik steeds andere ingrediënten gebruik. Ik heb een bescheiden autoriteitsprobleem, zeker als het om kookvoorschriften gaat. De eerste keer wil ik me nog wel aan een receptuur houden, maar als ik een gerecht vaker bereid, sluipen er af- en toevoegingen in die het resultaat drastisch kunnen beïnvloeden. Ooit heb ik een gravy (vette jus) uit een Amerikaans kookboek nagekookt, en sindsdien probeer ik die te evenaren. Onze 2-jarige zoon was verrukt van mijn jus. Ik liet hem tijdens het monteren een lepeltje proeven; zijn gemoed klaarde op en een kwartier lang heeft hij staan jengelen om hapjes. Toen hij zijn stamppot op zijn bord kreeg, was hij louter geïnteresseerd in de jusschaal. Hij werd woedend dat hij slechts één gevuld kuiltje kreeg. Uiteindelijk gaf ik hem drie volle juslepels, waarna hij het overstromende kuiltje begon leeg te lepelen alsof het een kommetje soep was. Mijn vrouw vroeg zich af of het wel goed was, zo veel vet voor een dreumes, maar we zijn er maar van uitgegaan dat het ‘metabolische innamesysteem’ op zijn leeftijd zelf nog aangeeft wat goed en wat slecht is.

Een jaar of tien geleden las ik het postmoderne dieetboek Eet vet van de New Yorkse schrijver Richard Klein (die eerder al de gemoederen had beroerd met een vrolijke lofzang op het roken). Het eten van vet is volgens Klein gezonder en natuurlijker dan het krampachtig vermijden ervan. Sommige radicale diëten leveren minder calorieën op dan waar gevangenen in kampen het mee moesten doen: minder dan 900. Lijnen leidt tot een groot aantal ziekten en aandoeningen, variërend van depressie, bloedarmoede en onvruchtbaarheid tot anale lekkages. Volgens wetenschappers is de meest waarschijnlijke oorzaak voor patiënten met eetstoornissen de algehele verbreiding van vermageringsdiëten en producten.

Wie graag verantwoord en taboeloos lekker vet wil eten, leze Patatje Oorlog, het grote junkfoodboek van de kale Haagse dichter Bart Chabot en de kale Haagse meesterkok Pierre Wind. Ik ben met beiden bevriend, hoewel ik ervoor waak ze in elkaars bijzijn te treffen, want dat kan mijn ‘auditieve innamesysteem’ niet aan. In hun geweldige boek nemen Chabot en Wind hun lezers mee op een tour langs krokettenambassadeurs, de ideale snackbar (alles ambachtelijk en vers bereid), chocolade-kipburgers, venkelmilkshakes, zeewierpolenta-sticks, en nog veel meer. Een must voor iedereen die – terecht – niet bang is voor een beetje vet.