Vieze Amerikanen

Kijk Magazine, juni 2001, nummer 6

Titel in Ten Liefde, 2001: Seks in Amerika

In de GFT-bak van een boekhandel vond ik het boek Sex in Amerika – Het definitieve onderzoek, uit 1995 alweer. Die enorme uitgave van zeven gulden wil ik nu terugverdienen door er in deze column rijkelijk uit te citeren. Sex in Amerika is op zich geen opwindend boek. Sterker nog: het is een penisverkleinend verslag van een enorm onderzoek onder 3500 Amerikanen, over seks en wat daarmee te maken heeft. Nu zijn Amerikanen altijd al dol geweest op grootscheepse, quasi-wetenschappelijk seks-onderzoeken, al bleken die vaak niet erg betrouwbaar. De eerste wetenschapper die zich op seks stortte was de evolutiebioloog Alfred Kinsey, een deskundige op het gebied van de galvliegen. In 1938 werd hij gevraagd een cursus over het huwelijk te verzorgen. Kinsey kwam erachter dat er bijna geen wetenschappelijke statistische informatie over seksualiteit bestond en besloot een vragenlijst te maken. Omdat seks met taboes en opschepperij omhuld is, vulden velen deze lijsten niet naar waarheid in (‘de mijne is veertig centimeter lang’, ‘we doen het acht keer per dag’, ‘ik spuit meestal een melkpak vol’), en daarom ging Kinsey de proefpersonen persoonlijk interviewen.

Toch was het onderzoek niet representatief. Kinsey sprak voornamelijk studenten en hogeropgeleiden en iedereen werkte vrijwillig mee. Toen hij zijn resultaat publiceerde was Amerika dan ook geschokt.

Betaalde sekspraat

Amerika bleek een land van verdorven viezeriken: de helft van de vrouwen was geen maagd op hun huwelijksdag, de helft van de Amerikanen ging vreemd, één op de drie mannen had wel eens seks met een man gehad, en één op de tien Amerikanen was permanent homoseksueel. Later, in de jaren vijftig en zestig, kwamen er nog meer grote onderzoeken. De beroemde gynaecologen Masters en Johnson betaalden proefpersonen om met hen over seks te praten. Het blad Playboy selecteerde voor een seksonderzoek deelnemers uit de vijf miljoen lezers (van wie alleen de echte smeerlappen reageerden). En de feministe Shere Hite stuurde vragenlijsten aan vrouwen van wie ze de namen had doorgekregen van vrouwengroepen, abortuscentra, enzovoort. Kortom, deze onderzoeken hadden leuke resultaten, maar zeiden weinig over het ware seksgedrag van de Amerikanen.

Toen halverwege de jaren tachtig heel Amerika in de ban raakte van het aidsvirus moest er een wetenschappelijk verantwoord seks-onderzoek komen. Anders dan bij het Playboy-onderzoek selecteerden de wetenschappers hun proefpersonen nu ad random en probeerden ze vervolgens zo’n persoon te laten meewerken. En wat bleek uiteindelijk volgens deze realistischere (maar later ook weer aangevochten) benadering? Dat Amerikanen toch een beetje preutser bleken dan aanvankelijk gedacht werd. Negentig procent van de vrouwen en 85 procent van de mannen tussen de 18 en 24 jaar heeft de laatste twaalf maanden seks met één partner gehad. Op twintigjarige leeftijd woont 48 procent al samen. Slechts 4,1 procent van de mannen en 1,6 procent van de vrouwen heeft vijf of meer sekspartners in een jaar. En 15,1 procent van de mannen en 2,7 procent van de vrouwen heeft na hun achttiende jaar 21 of meer sekspartners (en wat zijn nou 21 scharrels?). Twaalf procent heeft helemaal geen seks en 71 procent doet het alleen met één partner. Van de katholieke Amerikanen heeft 16 procent seks met meerdere personen, van de protestantse 15 procent, maar leden van de zogenaamde zwartekousenkerk spannen de kroon met 17 procent. Het is sowieso seksueel gezien erg nuttig om zwaar christelijk te zijn (in Amerika, in Amerika!). Zesentwintig procent van de mannen heeft twee tot drie keer seks per week, tegen 32 procent van de conservatief-protestantse mannen. Over het algemeen kan worden gesteld dat het grootste deel (37 procent) slechts enkele malen per maand de liefde bedrijft. Van de vrouwen doet precies 30 procent twee tot drie keer per week vieze dingen. De kans dat ze daarbij een orgasme hebben is veel kleiner dan bij mannen. Van de mannen komt 74 procent altijd klaar, bij de vrouwen is dat maar 29 procent.

Mondgymnastiek

Opvallend is dat zowel vrouwen als mannen tussen hun veertigste en negenenveertigste het makkelijkst klaarkomen (wellicht prettig om dit met je ouders te bespreken). Katholieke mannen spuiten overigens meer dan streng-gereformeerde mannen, maar streng-gereformeerde vrouwen komen weer makkelijker klaar dan katholieke (altijd goed om te weten). Katholieke vrouwen vrijen op zich iets minder, maar wel langer. Qua tijd die aan seks wordt besteedt geldt hoe ouder, hoe sneller. Bij 22 procent tussen de 50 en 59 jaar duurt een vrijpartij korter dan een kwartiertje, tegen vijf procent tussen de 18 en 24. Van de mannen beft 77 procent, 68 procent van de vrouwen pijpt (waarbij aangetekend dat katholieken en gematigd protestanten deze mondgymnastiek beduidend meer in praktijk brengen dan strenge protestanten). En over masturbatie: ruim 60 procent van de mannen en 40 procent van de vrouwen zit regelmatig aan zichzelf. Dit geldt natuurlijk louter en alleen voor die vieze Amerikanen.

Samen met de redactie van KIJK zal ik, in navolging van Playboy, voor de volgende maand een grootscheeps seks-onderzoek opzetten, inclusief vragenlijsten en uitvoerige persoonlijke gesprekken. En dan noemen we dat onderzoek: KIJK – Seks in Nederland.