Viva 19

Viva 6 mei 1996

“Vannacht had ik een vreselijke droom,” zegt mijn dikke vriend het vrouwenorakel Bleeker met een vertwijfeld gezicht. “Ik droomde dat ik met een paar jongens een gigantische maaltijd had verorberd, echt een grande boeuff in het kwadraat. Toen ik ’s avonds thuiskwam bleek dat mijn vriendin me onverwachts had opgegeven voor de rubriek ‘Any Body, partners over elkaars naakte lichaam’. Ze sleurde me mee naar de auto, en een half uur later stonden we in een of andere fotostudio ergens bij Artis. We moesten ons ontkleden, maar toen de fotograaf mij naakt zag, zei hij: ‘Oh nee, daar begin ik niet aan! Dat lichaam past niet binnen het frame van de pagina.’ Mijn vriendin was boos op mij, omdat onze enige kans nu eens een naaktportret van ons te laten maken daarmee was verkeken. Ik kon lullen wat ik wilde over ‘het gaat toch om het innerlijk en niet om het uiterlijk’, maar het maakte niets uit. Het vreemde was dat toen ik opstond ik nog steeds erg kwaad was op de fotograaf, terwijl ik tegelijkertijd besefte: ja maar Bleeker, je hebt toch helemaal geen vriendin?”

Bleeker kijkt me zwijgend aan. In het restaurant eet iedereen druk verder.

“Wat wil zo’n droom nu zeggen, Bleek?” vraag ik. “Wat voor signaal probeert die droom je te geven?”

“Ik weet het niet,” antwoordt Bleeker vermoeid, kijkend naar een paar meisjes. “Waarschijnlijk iets banaals over onzekerheid en angst om afgewezen te worden. Het lijkt me vreselijk om op een dag met je hangzakvlaaien in Viva te prijken, terwijl een mooie vrouw er allemaal toevoegingen bij heeft gezet als Trots op zijn: neusgaten en Minder blij met zijn: gezicht, nek, borst, buik, armen, handen, rug, dijen, penis, kont, bovenbenen, onderbenen en voeten. ‘Vooral seks met Bleeker is de laatste tijd echt een bezoeking,’ zal de vrouw er in het interviewtje bij zeggen, ‘als hij boven op me komt liggen is het net of ik door een Michelinmannetje met boulimia wordt genomen. Soms weet ik niet of ik naar Bleeker z’n hoofd kijk of dat hij er een ballon voorhoudt.”

“Wat is er, Bleeker?” vraag ik, als hij een Spa Rood bestelt in plaats van een Irish Coffee.

“Als je een jaar of vijfentwintig bent, merk je dat je navel langzaamaan begint in te dalen. Je buik wordt dikker en je denkt: ach, met een beetje sporten krijg ik die wel weg. Tot een paar jaar later bij de potloodtest het potlood onder je buik blijft hangen en je beseft dat die vleesmassa nooit meer weggaat. Jongen, als ik tegenwoordig een glas water drink, kom ik al een kilo aan. Laat staan als ik een zak chips eet. Een paar jaar geleden vond ik het niet zo belangrijk dat mijn lichaam er weldoorvoed uitzag, toen dacht ik nog dat je met een verbluffende eloquentia of bloemrijk geestesleven veel meer kon veroveren op het liefdesfront. Sinds alle vrouwen die ik ken tegenwoordig om het hardst beginnen te roepen dat ze zo houden van ‘jongensachtige mannen’ met ‘strakke platte buiken’ en ‘ondeugend-stralende ogen’, begin ik me steeds ongemakkelijker te voelen. Waarom hoor je nu nooit eens een vrouw die zegt: geef mij maar ‘een Sumo-worstelaar?”

“Ach wat een gezeik! Laten we ons eraan ontrekken!” besluit Bleeker plotseling ferm. “Laten we erboven staan! Dat gaan we doen! Fat power! Fat is beautiful! Laten we een club oprichten, een club van mannen met dikke buiken. Weg met de jongensplanken, weg met de hongerhuidjes! Dikke buiken, verenigt u! Ik zie het helemaal zitten! En in ons clubtijdschrift zetten we een rubriek Any Belly, partners over elkaars naakte buik. Ober, mag ik nog twintig Irish Coffee!”

Ronald Giphart