Boterkoek

Dit recept komt uit het kookboek Vurrukkulluk (2015) van Ronald Giphart & Mascha Lammes.

Jaloers kijken we naar de hoeveelheid calorierijk voedsel die onze kinderen verstouwen zonder dat er een grammetje vet aan hun slanke lijven blijft kleven. Ooit gold dat ook voor ons. De lekkernijen uit onze jeugd, zoals boterkoek, maken we nog steeds, maar inmiddels nemen we – als we sterk zijn – een ietepetieterig puntje, om daarna te zien hoe onze kinderen de rest opeten.

Bereidingstijd: ± 45 minuten (waarvan 25 minuten in de oven)

INGREDIËNTEN

  • 200 g bloem
  • 125 g witte basterdsuiker
  • snufje zout (liever te weinig dan te veel, koek is snel te zout)
  • 200 g ongezouten roomboter, koud
  • 2 bolletjes stemgember, fijngesneden
  • 1 ei
  • 1 el gembersiroop

BEREIDINGSWIJZE

Verwarm de oven voor op 180°C.

Meng in een ruime kom de bloem met suiker en zout. Snijd de boter in blokjes, voeg bij de bloem en snijd met 2 messen de boter in heel kleine stukjes. Wrijf daarna vlug de bloem en boter tussen koele handen totdat je er een samenhangend deeg van kunt kneden. Voeg als laatste de stemgember door het deeg en kneed het er snel doorheen.

Vet een taartvorm (wij gebruiken een siliconenvorm van 20 cm) in en vul deze met het deeg. Strijk de bovenkant plat met de bolle kant van een lepel en teken met een vork het gewenste streeppatroon. Klop het ei los met de gembersiroop en bestrijk hiermee de bovenkant van het deeg, je hebt waarschijnlijk maar de helft nodig.

Zet de koek ongeveer 25 minuten in de oven totdat hij goudbruin is. Laat de koek volledig afkoelen.