Leon de Winter belt iedere dag met de Antillen…
Maandblad Boutart, oktober 1992
door Henk van der Meyden
De tweeëntwintig schrijvers van de door JESSICA DURLACHER samengestelde verzamelbundel Max. 36 werden ONAANGENAAM VERRAST toen de geplande PRESENTATIE van het boek op 23 september jongstleden ten burele van UITGEVERIJ BERT ‘MEULENHOFF’ BAKKER niet doorging. Jessica was ABSENT, werd als reden opgeven. Wat was hier aan de hand? Boutart ging op onderzoek uit en belandde in onze Overzeese Gebiedsdelen.
Misschien werd de teleurstelling van de onverwachte afgelasting nog wel duidelijkst verwoord door de sympathieke maar met een vreemde bril kampende schrijver/groenteboer ATTE JONGSTRA: ‘Oe blinder, krek mien het kenne bou de bieke skolle, odde kou skiet o de bolle. Krek mien ikke de gleskedokke JESSICA DURLACHER in mien hette genog prima ieland in de son. Raie raie, joawt mien hek, krek, oe blinder!’ Onbegrijpelijk, dat was het inderdaad. De datum van de borrel stond al maanden vast, en toch ging de receptie opeens niet door. Eén telefoontje naar Bert Bakkers DAVID VAN HET REVE volstond. Kon de uitgeverij een presentatie-bachanaal wellicht niet meer betalen, vroegen wij ons af.
‘Dat is pertinent niet waar!’ weerlegde de sympathieke maar geëmotioneerde, binnenkort werkeloze, fondsredacteur ons vermoeden. ‘Ik heb honderden mensen uitgenodigd, maar die Durlacher besloot op het allerlaatste moment doodleuk naar het BUITENLAND te gaan. ‘
De vraag was dus: waar verbleef Jessica Durlacher? Eén telefoontje naar haar GEMAAL, de sympathieke maar met zijn gewicht tobbende thriller-auteur LEON DE WINTER volstond: ‘Attenoie, ze zit op de ANTILLEN, daar zul je mij niet over horen SCHMIEREN. Nee, echt geen WITS. Nee, ook niet voor een SCHNABBEL, nee hoor, ze is daar HAAR RIJBEWIJS halen. Zesdaagse Cursus, heb ik voor haar GEMATST. Financieel MAZZELTJE gehad, LEKKER GOEDKOOP.’
Dit verklaarde een hoop, maar niet alles, want, zo wisten ons velen uit het Amsterdamse milieu te vertellen, niet alleen Jessica was onvindbaar, ook de sympathieke maar met een overproduktie kampende chroniqueur JOOTS ZWAGERMAN was MET DE ZUIDERZON vertrokken. Joost was… op een eiland ZIJN RIJBEWIJS aan het halen! En hiermee was het plaatje compleet. Jessica en Joost waren SAMEN op SABA, dat sinds PRINS WILLEM ALEXANDER daar in een zwoele geile onbezonnen seksnacht is verwekt, ook wel HET LIEFDESEILAND wordt genoemd.
Was het werkelijk zo dat Joost en Jessica hun fel begeerde ROZE PAPIERTJE op Saba aan het halen waren, of was er meer? Of waren zij op een bovenwinds eiland hun OUDE LIEFDES RELATIE aan het NIEUWLEVENINBLAZEN? Was Saba niet het eiland waar in de warme zomerzon geliefden genoten van Caribische Bacardi’s, zachte stranden, Bounty’s, maar vooral van ELKAAR? Eén telefoontje naar de onsympathieke maar met een hormomenprobleem kampende Sabaase rijschoolhouder BUPPA MAISVELD volstond: ‘Ja, die twee heb ik hier weleens gezien, ja. Maar om nou te zeggen dat ze tijdens de les heel erg hun best deden, nuh. Af een toe een pionnetje omcrossen, dat is wat ze deden. U zult mij niet horen zeggen dat ze niet op onze stranden hebben gelegen.’
Hoewel hij het een GOTSPE vond dat hem deze vraag gesteld werd, vroegen wij LEON DE WINTER of hij wel weet WAT ER MET ZIJN GELD gebeurd. ‘Ik bel ze iedere dag op, en ze doet heel gewoon tegen me.’
Pas als zij terug zijn in Nederland zal duidelijk worden welk rijbrevet Joost en Jessica in de Overzeese Delen hebben gehaald.