VERZIN

By hans, 11 januari 2021

15 jaar VERZIN

Het tijdschrift dat aan het schrijven zet

Less hier het stuk van Ronald Giphart:

Schrijverslexicon

De keur van auteurs die in dit tijdschrift de revue passeerden, hadden het soms over hun recentste boek, soms over de tijden waarin ze leefden, het lief dat ze kwijtraakten of het aantal sigaretten dat ze rookten. Maar altijd keerden ze naar het schrijven zelf terug en durfde de achtbare geïnterviewde het aan om al eens een vakterm te claimen. Auteur Ronald Giphart verzamelde de meest essentiële begrippen in een lexicon. Een must-read voor elke literautist mottonoïde en doordesemde quotezak.

Disclaimer: Waar ik ‘hij’ en ‘zijn’ gebruik, geldt dat evenzeer voor ‘zij’ en ‘haar’, en ‘die’ en ‘hun’.

Ab ovo / In medias res / Post rem
Instapmomenten voor een verhaal. Het meest gekozen is ab ovo. Letterlijk: vanuit het ei, een verhaal bij het begin beginnen. Dit in tegenstelling tot verhalen die in het midden beginnen en dan voor een deel terug vertellen (in medias res). Je kunt een verhaal ook vanuit de ontknoping beginnen (post rem). Bij het schrijven van een roman kan het soms maanden duren voor de beslissing over het instapmoment is gekozen, terwijl je dan toch het idee hebt dat je aan het werk bent.

‘Alles is verloren’-moment
Schrijven is je personages in een boom jagen, om te kijken of en hoe ze er weer uitkomen. In het all is lost-moment begint de laatste tak waarop een personage steunt te kraken, terwijl de boom inmiddels vlam heeft gevat.

Anatomische paradox
Een stijlfiguur met een interne, al dan niet schijnbare tegenspraak. Go fuck yourself, is een voorbeeld. Go suck yourself in de meeste gevallen dan weer niet. Of net niet. Bijna.

Baby by the cliff-principe
Het filmbegrip ‘cliffhanger’ is alom bekend. Baby by the cliff is minder bekend. Het idee is dit: er staat een man bij een afgrond. Wat is het ergste dat er kan gebeuren? Je zou denken: dat hij naar beneden stort. Het goede antwoord is: dat hij de baby die naar de rand is gekropen per ongeluk met zijn voet een zetje geeft. Dit is een variant op wat Gerard Reve ooit zei: “Niets is zo erg, of er is iets nog ergers.

Bad guys close in
Ook een filmschrijfterm die op literatuur van toepassing is. Personages moet het lastig worden gemaakt om tot diepe inzichten en echte verandering te komen. Variant op de uitspraak: ‘een ongeluk komt nooit alleen’.

Bibliofaag
Iemand die ruikt aan en proeft van boeken.

Boekwerpen
In de jaren tachtig en negentig een geliefde sport onder studenten Letteren, waarbij boeken als frisbees werden overgegooid. Varianten zijn boekschieten en boekbal.

Chocoladeschrijver
Iemand die hoofdzakelijk voor z’n plezier schrijft, in tegenstelling tot een broodschrijver. Variant op de term ‘chocoladehoer’, iemand die zich niet voor het geld prostitueert, maar voor de seksuele beleving.

Claimen
Schrijvers die in elkaars aanwezigheid ideeën opperen, kunnen dit claimen door hard ‘claim’ te roepen. De term is ooit geclaimd door romanschrijver Bert Natter.

Conflict
Personages en ideeën botsen. Vooral scriptschrijvers maken daar nogal een punt van, want conflicten kunnen pijnlijke waarheden blootleggen (stof voor de vervolgcursus).

Dark Night Of the Soul
In het diepst van hun ellende maken personages een verandering door. De Griekse dramaturgie spreekt van een ‘Peripeteia’ (zie aldaar), oftewel een loutering.

Dehnung, Deckung, Raffung
Termen die veel professionele schrijvers ook niet zullen kennen. Dehnung heet het als een schrijver veel woorden gebruikt bij het beschrijven van een relatief beperkt onderwerp (bijvoorbeeld achttien pagina’s over één buikspreekpop). Raffung is als een schrijver weinig woorden nodig heeft voor iets relatiefs groots (bijvoorbeeld de geschiedenis van het buikspreken door de eeuwen heen, in één alinea). Bij Deckung correspondeert de geschreven taal met de gesproken taal (bijvoorbeeld een dialoog tussen de hoofdpersoon en zijn buikspreekpop). Fictie is altijd een mengeling van deze drie.

Dichtersbril
Gewoonte van mensen in de randgebieden van de literatuur – uitgevers, recensenten, redacteuren – om zo zwaar mogelijke brilmonturen te dragen, het liefst van een halve kilo. Komt vooral veel voor in Vlaanderen. In vroeger tijden sprak men van een Atte Jongstra-bril, maar Atte Jongstra heeft al jaren geen bril meer. Hij kon de zwaarte niet meer dragen.

EE = PE • C/Tp + BM
Algemene Emotieformule, vrij naar het werk van Igor Krichtafovitch. EE is het ‘effect of emotion’, PE de ‘personal empathy’, C staat voor de complexity’, Tp voor de tijd die nodig is om die complexiteit te doorgronden en BM is de ‘background mood’. De formule is ook toepasbaar op humor (EH in plaats van EL) of woede (EA). Het is onzin, maar werkt wel.

Exordium
Het exordium is de haak waarmee lezers een verhaal worden binnengetrokken. In haar voorwoord bij Elizabeth Howards roman Welbeschouwd (oorspronkelijk in 1956 verschenen als The Long View) schrijft Hilary Mantel dat je een verhaal kunt beginnen op een manier die niemand kan negeren. ‘Sticht een brandje op de bladzijde: legt Mantel uit.
‘Laat een zin sissen en keil hem als een handgranaat naar je lezer.’ Hierna legt ze uit dat zo een aanpak het risico heeft de lezer te verdoven. Je kunt er ook voor kiezen om, zoals Howards deed, een roman te beginnen met: ‘De situatie was dus als volgt.’

Flapgereutel
“In deze met vaart en verve geschreven aangrijpende ambitieuze roman wordt op subtiele, maar confronterende wijze een even ontroerend als virtuoos urgent verhaal verteld, met een ingenieus gelaagd plot dat prikkelend en verrassend de lezer bij de kladden grijpt. Deze onstuimige vertelling is echter veel meer dan dat: het is óók een sober doch niettemin beklijvend sprookje, een intrigerende, spannende en liefdevolle schets, een scherp portret en tegelijkertijd een ingetogen doch dwingende onontkoombare geschiedenis.”

Flits van Flaubert
Volgens Gustav Flaubert ziet een schrijver een roman ‘in een flits’ voor zich. Terwijl hij achteloos bezig is met iets geheel anders (de schrijver neemt een bad, rijdt op een fiets of rookt een sigaar in een Parijs’ bordeel) ziet hij een verhaal. een plot, personages wellicht. Hoewel er verder nog niets van het boek is, bestaat het boek vanaf dat moment.

Fool triumphant
Een van de vele vaste verhaalstramienen. Er is een ‘fool’ (een kneus, een buitenstaander, een verliefde gek, een tobber) en er zijn ‘the others‘ (het establishment, de al dan niet vijandige groep). Uiteindelijk maakt de hoofdpersoon een grote verandering door of komt hij tot diep inzicht, en triomfeert hij over zijn tegenstrevers.

Foreshadowing
Gebeurtenissen of wendingen aankondigen, zonder dat een lezer dat doorheeft.

Framing
Techniek om woorden en metaforen zo te kiezen dat een lezer impliciet wordt gestuurd. Vooruitlopend op een gepassioneerde liefdesscène werken woorden als lust, gloed, rood, overgave, verlangen en hartstocht, beter dan woorden als vermogensaanwasdeling, beleidsimplementie en kerndoelstellende werkprocessen.

Gekke Becket trekken
Techniek van schrijvers om gelaatsuitdrukkingen en handbewegingen zelf voor te doen en dan te beschrijven. Zie ook: ‘Methodwriting

Handelingen 9:18-emotie
‘De schellen vielen hem van de ogen.’ Dit is het gevoel dat het personage – of de schrijver zelf – opeens begrijpt wat er aan de hand is en wat er de hele tijd gaande was zonder dat hij dit in de gaten had.

Hou het voor u zelfkant van de literatuur
Term bedacht door schrijver Bert Natter, die jarenlang redacteur was van een uitgeverij. Schrijven is een aangename bezigheid, voor sommigen, maar niet iedereen zou zijn manuscript moeten sturen aan een uitgeverij. Jeroen Brouwers, ook jarenlang redacteur, had gelijk toen hij zei dat wie eenmaal heeft gelezen wat er aan achterkant van de literatuur wordt geschreven, altijd met andere ogen zal kijken naar boeken die wel zijn verschenen.

Kiespijn
De vaak moeilijke keuze tussen twee gelijkwaardige alternatieven. Zie: Kill your darlings.

Kill your darlings
De compositionele noodzaak juweeltjes van fragmenten of zelfs hele scènes te schrappen. Het gevolg is vaak ‘Schrijfhaat’ (zie aldaar).

Liefderatuur
Literatuur over liefde.

Literautisten
Schrijversvereerders die in extremo lezen of verzamelen. Goedaardig volk.

Literreur
Een meestal wetenschappelijke benadering van literatuur, bedoeld om met name jonge lezers af te schrikken.

Lucky Luke Principe
Literair mechanisme om schrijvers de gedragingen en gedachten van hun personages kwalijk te nemen. Term is vernoemd naar de stripheld Lucky Luke, een lone ranger die in een toneelvoorstelling een verkrachter speelde, en na de voorstelling werd opgewacht door boze toeschouwers. Voorbeeld uit de literatuur: Gustave Flaubert moest zich in januari 1857 bij de rechter verantwoorden voor de gedraging van zijn personage Emma Bovary.

Masturbatie
Techniek om de creativiteit te laten stromen. Overdrijf het niet. Zie ook: Anatomische paradox.

MacGuffin
Term uit de Amerikaanse scriptologie. De uitdrukking zou bedacht zijn door Alfred Hitchcock. Een MacGuffin is een vaak nogal vage katalysator van een verhaal, een element dat in de loop van het plot weer verdwijnt. Het kan gaan om een object, een gedachte of een gebeurtenis. Een Heilige Graal kan een MacGuffin zijn. Niet te verwarren met een McMuffin.

Meelezers
Mensen die romans meelezen. Iedere schrijver heeft een of meerdere redacteurs en daarnaast lieden die kritiek durven te geven, door mee te lezen, mee te denken en op een bepaalde manier zelfs mee te schrijven.

Meet cute
Filmterm. Grappige, ontroerende, schokkende of meeslepende manier waarop personages elkaar ontmoeten.

Metafoorrot en Metafoorevolutie
Aantasting van de kracht van bestaande beelden of beeldspraak, voornamelijk omdat die beelden clichématig zijn geworden. Je personages kunnen anno nu natuurlijk niet meer gearmd naar een zonsondergang kijken en zich laten bedwelmen door de schoonheid van het moment – tenzij je als schrijver de betekenis van dat beeld weet op te krikken of aan te passen.

Methodwriting
Zoals methodactors – een term bedacht door regisseur Lee Strasberg – persoonlijke emoties oproepen om toneel- of filmgevoelens uit te drukken, zo kunnen schrijvers emoties bij persoonlijke gebeurtenissen aanwenden om de gevoelens van hun personages zo waarachtig mogelijk over te brengen.

Mottonoide
Iemand die continu zoekt naar rake citaten om in zijn werk te gebruiken. Ik heb een lijst met honderden van dat soort zinnetjes uit boeken, films, theater of mijn privéleven.

Omne animal post editionem triste
leder dier is droevig nadat ie een boek heeft ingeleverd. En het gevoel komt terug na publicatie.

Oprecht veinzen
Frans Kellendonk gaf het de term ‘oprecht veinzen’. Harry Mulisch noemde het in Paniek der onschuld (1979) ‘het ironische van de ironie’: ‘De ironie leidt tot parodie, de parodie leidt tot identificatie (…) Zo wordt het spel ernst (…) De corpsstudent speelt net zo lang de man met de grote bek, tot hij het is. Dat is het ironische van de ironie: dat zij het plotseling niet meer is.’ Zie ook: ‘WZHMD?’

Pantoniem
Een woord dat verwijst naar een woord dat men is vergeten, hoeheetdat, de dinges, jeweetwel. Het is altijd fijn om met hoehetendiewoordenookalweer te spelen. Het Frans kent hiervoor de term schmilblick. In het Engels is whatchamacallit een voorbeeld van een pantoniem. Niet te verwarren met hoeheetdatvisueletheaterookalweer.

Peripeteia
Term van Aristoteles. De hoofdpersoon maakt een dramatisch verandering door.

Personageren
Vooraf een kleine biografie van een personage schrijven, zodat je als schrijver weet met wie je te maken hebt. Zie ook: ‘Schetsen’. Zie ook: ‘Voorbereiding is alles’.

Pijnstilte
De stilte tussen het voelen van de pijn en de veroorzaking ervan. Hoe steviger de klap, hoe langer de stilte. Met schrijven is dat niet anders. Grote (psychische) stress kan een artistieke voedingsbodem zijn voor latere schrijfsels, maar ook hier geldt: the bigger the blow, the later the flow.

Quotezak
Een BN-er, BV-er of collegaschrijver die iets lovends over een roman zegt voor op het omslag van het boek, in de hoop dat de verkoop hierdoor toeneemt.

Racensie
Gewoonte van critici om uit tijdgebrek te razen door te bespreken romans, met alle kwalijke gevolgen van dien. En wie is er de dupe? De literatuur. Betaal recensenten beter, dan kunnen zij tijd vrij maken om een boek dat ze bespreken ook gewoon eens te lezen.

Rafelrandje
Personages hebben vaak een eigenaardigheid die hen typeert. Dit vergemakkelijkt de herkenbaarheid. In het Engels spreekt men van een quirk.

Rode rozen rood verven
Term uit het theater. Wat duidelijk is, hoeft niet te worden benadrukt.

Scène
Een afgeronde gebeurtenis met een universele waarde. De crux van een scène is dat je hem moet optillen van het algemene naar het persoonlijke.

Schetsen
Zoals een schilder ook wat schetsen maakt voordat hij zich op zijn doek stort, zo kun je als schrijver van sommige scènes of personages ook schetsjes schrijven.

Schrijffundamentalisme
Mensen die zeer strikte meningen hebben hoe een schrijver zich hoort te gedragen, wat hij hoort te denken, zeggen en vinden. De term ‘echte schrijver’ valt hierbij vaak. Meestal wordt deze uitdrukking gebruikt door mensen die zelf geen schrijver zijn.

Schrijfgeilheid
De opwinding die je voelt als je op het punt staat een onwaarschijnlijk mooie en goede tekst te schrijven. Vaak gevolgd door ‘Schrijfhaat.

Schrijfhaat
Een gecompliceerde vorm van zelfhaat. die vaak gepaard gaat met moedeloosheid en depressie.

Sleutelwoorden
Uit onderzoek van een Amsterdamse universiteit bleek dat de sleutelwoorden in een zin – woorden die de essentie van die zin benadrukken – meestal achteraan staan. Zoals in de vorige zin het woord ‘achteraan’. En in de zin hiervoor ook. En in die zin het woord ‘ook’.

Tell, don’t show
Het beroemde filmvoorschrift luidt: show, don’t tell. In cinema zal dit ongetwijfeld kloppen, maar in literatuur is dit een lastige kwestie. Wij zitten in de tell-business. Voor schrijvers geldt het omgekeerde.

Tröckener Kecks
Zongen begin jaren negentig: ‘Doe het én voor het geld / én voor de show / én voor je publiek / maar doe het (doe het) (doe het) / doe alles wat je doet met hart en ziel.’ Geldt ook voor schrijvers.

Uppercut
Techniek om de lezers kortstondig totaal te ontregelen, met een idiote wending of een abrupte en onaangekondigde ziekte of dood van een personage.

Verliteraturen
‘Wie wil schrijven: legt Jeroen Brouwers uit in zijn roman Winterlicht, ‘moet uitsluitend schrijven, en vierentwintig uur per etmaal voor zijn schrijverij, en voor niets anders, beschikbaar zijn, dag en nacht, alles wat hij doet of meemaakt in het teken stellend van het oeuvre dat hij maakt, zijn hele leven lang, en het beschouwen als zijn lot dat hij niet kan ontlopen en overigens tot in de uiterste consequentie ook niet wil ontlopen – dát is een schrijver.’ Deze regels, die ik las als verliteratuurde scholier, hebben mijn leven veranderd – al ben ik volgens deze definitie geen schrijver.

Vervreemdingseffect
Gelijktijdig door de literatuurwetenschapper Victor Sjklovski (deze naam uit het hoofd leren voor de overhoring) en toneelschrijver Bertold Brecht bedachte naam voor het verschijnsel dat schrijvers, dichters en, in een breder verband, kunstenaars, onze ingesleten waarnemingen doorbreken met vervreemdende elementen, zodat de werkelijkheid betekenis terugkrijgt. Lantaarnpaal. Ankerhond. Verlangen.

Voorbereiding is alles, of niets
Renate Dorrestein benoemde twee soorten schrijvers: zij die op wereldreis gaan door hun voordeur te openen en zien waar de wind en hun humeur hen brengt, en schrijvers die hun reis van tevoren plannen, uitgebreid onderzoek doen, tickets reserveren en hotels voor onderweg boeken. Zelf was Dorrestein er een van het eerste type, ik hoor in de regel tot de laatste soort. Het voorbereiden van een roman bestaat uit personages uitwerken, scènes bedenken en daar een schema voor maken. Hoe beter de voorbereiding, hoe groter de kans op een soepele reis.

Waarderingsbeloningscorrelatieconstante
Verschijnsel dat hoe minder hoog het honorarium van een schrijver is, hoe lulliger hij of zij wordt behandeld. Schrijver die gratis iets doen (voorlezen, signeren, stuk schrijven) kunnen rekenen op ontevredenheid, desinteresse en trappen na. De correlatie werkt ook omgekeerd: hoe meer men betaald krijgt, hoe beter de behandeling en hoe tevredener men is. Dit stuk betaalt uitstekend.

Whats the worst thing that could happen?
Iets dat je je bij iedere ‘Scène’ (zie aldaar) dient af te vragen. Voor ‘worst’ kun je ook ‘most beautiful‘, ‘happiest‘, ‘ugliest‘ of ‘sexiest‘ invullen. Deze regel hing jarenlang op mijn muur.

WZHMD?
Amerikanen vragen zich vaak af: WWJO? Oftewel: what would Jesus do? Hoe zou de Heiland zich gedragen als hij geconfronteerd werd met het leed of de problemen van mensen? Een alternatief voor bedrijven is: what would Google do? (WWGD) Hoe kun je de bedrijfsvoering van Google gebruiken bij het bepalen van je eigen bedrijfsvoering? In de literatuur is het adagium WZHMD? Wat zou Harry Mulisch doen?

Zand tussen de regels
In mijn studententijd liet een uitgever me ooit een nieuw manuscript van Gerard Reve zien. Ik was geschokt door de rode pen van de corrector, die veelvuldig op de pagina’s aanwezig was. De uitgever zei vergoelijkend: “Bij iedere schrijver, hoe groot of klein ook, kraakt er voortdurend zand tussen de regels.”

Eind.

Achterflap

“Doe je zin. Smijt je nog meer voor de dingen die je echt wil doen. Durf!” Het advies van auteur Gerda Dendooven aan haar vijftien-jaar-jongere zelf, advies dat we allemaal ter harte mogen nemen.

In 2006 deed een kleine – onder de vleugels van Creatief Schrijven vzw – hun verdomde zin: ze stampten een tijdschrift uit de grond. Vijftien jaar lang al wil VERZIN je aan het schrijven zetten, en als het aan deze redactie ligt zal ze dat de volgende vijftien jaar blijven doen.

Misschien hebben we jou wel aan het schrijven gekregen! Misschien staan er intussen zelfs enkele titels op je naam, naar het illustere voorbeeld van David Mitchell, Renate Dorrestein, Mustafa Kör of Peter Verhelst. Misschien werk je ijverig aan dat éne goede boek dat in je zit, zoals Peter Weyns het zich voorneemt. Ongetwijfeld lukt het niet altijd om schrijftijd af te dwingen omdat je net als Rhea Cecile een voltijdse baan hebt. Of heb je samen met Lara Taveirne af te rekenen met opstoten van het oplichterssyndroom. Wat je ook doet, negeer wat de door Ronald Giphart zo welomschreven schrijffundamentalisten ervan denken. Luister vooral naar de raad van Christophe Vekeman aan zijn jongere zelf: “Blijf steeds voor ogen houden dat je met geen mens ter wereld zou willen ruilen.” En schrijf.

15 jaar VERZIN, nummer 04, 2020, jaargang 15, oktober-november-december.

Driemaandelijks tijdschrift

Verschijnt vier keer per jaar.

Oplage: 1000 exemplaren
Uitgever: Creatief Schrijven vzw
Hoofdredacteur: Dimitri Bontenakel
Eindredactie: Lien Vanden Bossche
Redactieraad: Hanne Heirman, Yves Joris, Michiel Leen, An Leenders, Peter Mangelschots, Liza Noteris, Annemarie Peeters, Julie Putseys, Sofie Rycken, Hanne Vandenbroeck, Lien Vanden Bossche en Mayke Wijnen.

Werkten ook mee aan dit nummer: Ronald Giphart, Charlotte Jacobs,
Marnix Verplancke en Frederik Wauterickx.
Vormgeving: Albino {www.albino.be}
Druk: EPO drukkerij

Abonnementen
€15 (domiciliëring) – €20 (voor 4 nummers) – buitenland €32. Over te schrijven op rekening BE06731031811022 met vermelding ‘abo VERZIN’ + adres

Losse nummers: €6,95
VERZIN is te koop in de betere boekhandels.

Creatief Schrijven vzw is het aanspreekpunt voor iedereen die schrijven niet laten kan. De vzw adviseert, ondersteunt en begeleidt niet-professionele schrijvers en literaire verenigingen.

Advertentiemogelijkheden en -tarieven op aanvraag:
Lien Vanden Bossche
lien@creatiefschrijven.be

VERZIN maakt deel uit van Folio, de koepel van literaire en culturele tijdschriften. www.foliotijdschriften.be

Redactieadres:
Creatief Schrijven vzw
[a]Waalsekaai 15 – 2000 Antwerpen
-Ondernemingsnr.: 0478.925.820

-RPR Antwerpen Afdeling Antwerpen
[el redactie@creatiefschrijven.be
[w] www.creatiefschrijven.be
[t] +32 3 229 09 90

Inhoudstafel:

  • Dimitri Bontenakel maakt de balans op
  • Het literaire universum van David Mitchell
  • Yves Joris: een veteraan blikt terug
  • Het schrijversvuur van Mustafa Kör (2008)
  • VERZIN-lezers in het voetlicht
  • De straatpredikant in Christophe Vekeman (2010)
  • Paul Huygen: portret van een stille kracht
  • Gerda Dendooven in woord en beeld (2014)
  • Het geheim van Renate Dorrestein (2015)
  • Giphart en het Grote Schrijve schrijverslexicon
  • Het kijken van Peter Verhelst (2017)
  • Jonge wolven op weg
  • Kaarten op tafel bij Colson Whitehead (2020)

EN VERDER

  • Schrijvers geciteerd
  • Een buitengewoon historisch colofon
  • Vijftien jaar gecoverd
  • Schaamteloze zelfpromotie