Jeugd [Ronald Giphart]
Pubers waren we, maar literaire pubers. Mijn beste vriend Bert Natter en ik benoemden ons anno 1983 tot ‘grootste schrijvers van de hele wereld’. Bert was vijftien, ik zeventien en zonder ooit iets van betekenis te hebben geschreven, hadden we ons met een aan godsdienstwaanzin grenzend enthousiasme tot de literatuur bekeerd. De rechtvaardiging van ‘ons schrijverschap’ bestond niet zozeer uit verbluffend proza, maar uit de fantasieën over de roem die ons ten deel zou vallen als we onze meesterwerken eenmaal aan het volk hadden geschonken.
Op de toekomst voorbereid maakten we zelfs fotosessies, voor later, voor het Letterkundig Museum, voor boeken als De gevoelige plaat. ‘De jonge schrijvers aan het werk’ luidde een van de series, waarin we de eettafel van Berts ouders hadden volgestouwd met spullen die wij voor het schrijven onontbeerlijk achtten: boeken, drank, pillen, geld, schrijfgerei.
Bert is nog steeds mijn beste vriend en onze schrijforgeltjes zijn nog niet verstomd. Wat mij ontroert aan deze oude foto’s is het plezier in literatuur dat eruit spreekt, plezier dat ik maar weinig bemerk bij leraren Nederlands, critici en mede-auteurs. Wat me verontrust is ons uiterlijk. Jezus, wat waren we jong en mooi (vooral Bert) en wat zijn we thans dik en oud (vooral Bert). Waarom blijft nou nooit eens iets zoals het was?
Debuut [Ronald Giphart]
Ik besloot de week voor de presentatie van mijn debuut Ik ook van jou niet in bange afwachting te laten passeren, maar ontspannen door te brengen in een Limburgs kasteel. Bij mijn uitgeverij hadden ze me gewaarschuwd dat een deel van de kritiek weleens de nadruk kon leggen op het onschuldige seksuele divertissement in mijn boek. Met dit in gedachten liet ik mij in Maastricht door mijn vriendin fotograferen in een pesterige pose. ‘Voor de achterflap van mijn tweede roman,’ beslisten we.
Een week later ging ik mijn debuut ophalen. Ik had me de volgende voorstelling gemaakt van hoe dat zou zijn: het Singel was versierd met lampionnen en slingers, aan de overkant had men tribunes gebouwd, scharen literatuursupporters scandeerden mijn naam, in de lucht cirkelden tientallen vliegtuigjes met sleepteksten als ‘Bedankt Ronald!’ en ‘Proficiat!’. Ik werd in een gouden Rolls Royce-cabriolet over de gracht gereden voor een ouderwetse ticker-tape parade, waarna koningin Beatrix me persoonlijk kwam bedanken voor het prachtige boek dat ik geschreven had, terwijl ondertussen de firma Cinderella in het Concertgebouw honderden matrassen legde en duizend speciaal op schoonheid, intelligentie en politiek bewustzijn geselecteerde meisjes die nacht bij mij mochten slapen, me koesterend, me verwennend, me bedankend.
Deze voorstelling bleek al te rooskleurig. Voornamelijk kwam het erop neer dat de criticus T. van Deel een week later mijn debuut bestempelde als ‘neuken en nog eens neuken’
Eind.
Sub Titel: Literair album
ISBN: 9038840071
Jaar: 1995
Schrijvers: Lisa Kuitert, Mirjam Rotenstreich
Uitgever: Nijgh & Van Ditmar
Inhoud: