Voordeuren van Amsterdam

By hans, 2 oktober 2022

Een historische voordeur, de open deur of de deur met het bijzondere verhaal

Elke straat in Amsterdam heeft haar eigen karakter. Straten met een eigen architectuur, een eigen bevolking, en eigen voordeuren. In Voordeuren van Amsterdam portretteert de stadsfotograaf van Amsterdam, Thomas Schlijper, de stad aan de hand van de mooiste, gekste en bijzonderste voordeuren van de hoofdstad. Van de Baarsjes tot de Bijlmer, van grachtengordel tot Noord, Schlijper neemt je mee door de stad zodat je nooit meer hetzelfde naar Amsterdam kijkt.

Thomas Schlijper is een fotograaf met oog voor het bijzondere in het alledaagse straatbeeld. Hij begon als nieuwsfotograaf voor de Volkskrant en Metro, en ontwikkelde zich tot stadsfotograaf. Op schlijper.nl vertellen al bijna 50.000 foto’s sinds 1997 de geschiedenis van Amsterdam, Tel Aviv en Parijs.

Met verhalen van onder anderen: Thomas van Aalten, Annegreet van Bergen, Daan Borrel, Ronald Giphart en Kluun.

Lees het stuk van Ronald Giphart hieronder:

Voordeur De Bezige Bij

Vandaag ben ik van Utrecht naar Amsterdam gereden voor een voordeur. Ik kan me niet herinneren ooit bewust naar een voordeur te hebben gekeken, zelfs niet naar die van mijn eigen huis. De deur die ik in Amsterdam wilde zien bekeek ik vooraf eerst op Streetview: ik zag een voordeur die ik regelmatig ben gepasseerd, zonder er ooit echt naar te hebben gekeken. Zoals dat gaat met voordeuren: je passeert ze achteloos. Online zocht ik naar informatie over mijn Amsterdamse deur. Het blijft overweldigend hoeveel je met een paar muisklikken kunt vinden. De voordeur die ik ging bezoeken is de entree van een statig pand aan de Van Miereveldstraat, een al even statige laan die is vernoemd naar de Delftse schilder Michiel Jansz. van Mierevelt. In 1909 heeft de straat die naam gekregen en ik neem aan dat in hetzelfde jaar ook de benamingen zijn bedacht voor omliggende straten als Tenierstraat, Johannes Vermeerstraat, Honthorststraat.

De schilder Van Miereveld (1566-1641) zei me eerlijk gezegd niets, hoewel ook daar het internet uitkomst bood. Hij was een van de bekendste en populairste schilders uit de Gouden Eeuw. Zijn claim to fame was het portret dat hij maakte van prins Maurits (1567-1625), een man die volgens de overlevering op het ergerlijke af niet kon stilzitten bij het poseren. Van Miereveld (die-fun fact-zijn naam zelf met een t schreef) schilderde notabelen en burgemeesters, maar ook had hij een voorliefde voor beroemde schrijvers, politici en denkers: grootheden als Johan van Oldenbarnevelt, Jacob Cats, Hugo de Groot en Pieter Corneliszoon Hooft heeft hij allemaal voor zijn schildersduim gehad. Ondanks de hoge waardering bij leven en zijn enorme productie – er zijn nog ongeveer zeshonderd schilderijen van hem bekend – is zijn naam vandaag de dag bij het grote publiek in de vergetelheid geraakt.

De bouw van het statige pand aan de Miereveldstraat 1 begon, volgens de site van het Amsterdamse kadaster, in 1913. We mogen aannemen dat het gebouw een jaar later werd bewoond. Over de eerste eigenaren kon ik niet zo veel vinden, al stuitte ik wel op een krantenadvertentie gedateerd op 7 februari 1919. Daaruit bleek dat zich op 5 februari 1919 achter de voordeur van deze stulp een drama had voltrokken.

‘Heden overleed tot onze diepe droefheid ons geliefd eenig kind Henri Marie, op den leeftijd van 19 jaren,’ zetten de bankier mr. I. F. Muijskens en zijn echtgenote T.C. Muijskens-Stroeve in het Algemeen Handelsblad van twee dagen later. Onder de rouwadvertentie plaatsten zij de zin: ‘Bezoeken kunnen niet worden afgewacht’, wat een inmiddels niet meer gangbare manier is om mee te delen dat men geen bezoek aan huis wilde. Het echtpaar zal overmand zijn geweest door het verdriet over de dood van het geliefde enig kind.

Vlak voordat twintig jaar later de Tweede Wereldoorlog uitbrak wisten de bewoners nog net op tijd Nederland te ontvluchten en zich in Canada te vestigen. De Duitsers konden het leegstaande pand – volgens het kadaster heeft het gebouw een oppervlakte van 613 m2 – goed gebruiken en zij vorderden het om er in 1941 ‘die Aussenstelle der Geschäftsgruppe Soziale Verwaltung’ te vestigen. Deze Duitse organisatie oefende onder andere toezicht uit op de arbeidsbureaus, maar later konden Duitse soldaten er ook met Nederlandse meisjes trouwen. Nog weer later koos de Duitse elektrotechnische fabriek Bosch het pand uit om Nederlandse ingenieurs, constructeurs, technici en machinetekenaars voor werk in Duitsland aan te trekken (‘kennis van de Duitsche taal is gewenscht’).

Na de bevrijding werd het gebouw ingenomen door de Canadezen, waarna het volgens de overlevering een paar maanden dienstdeed als een half-illegale danssociëteit waar Canadese bevrijders zich konden vermeien met Nederlandse vrouwen. Een latere gebruiker van het pand tekende op dat hij toen hij voor het eerst in het inmense gebouw kwam, er kogelgaten in de zware deuren zaten en de ruimte verder bezaaid lag met ‘kapotjes in alle hoeken en gaten’. Of die gaten ook in de voordeur zaten is niet bekend.

Die gebruiker was Wim Schouten, een van de lieden achter een voormalige Utrechtse verzetsuitgeverij die aan het einde van de oorlog naar Amsterdam was gekomen. Via een bevriende ambtenaar hadden de uitgevers het verlaten uitgewoonde huis in oktober 1945 mogen betrekken toen de Canadezen er waren vertrokken.

Al aan het begin van de Tweede Wereldoorlog ontstonden er overal in het land verzetsgroepen. Een daarvan centreerde zich rond een Utrechtse student scheikunde genaamd Geert Lubberhuizen (1916-1984), die zich bezighield met vele illegale activiteiten. Zijn groep vervalste documenten, hielp met het onderbrengen van Amsterdamse Joodse kinderen en deed een geslaagde poging brand te stichten in het Utrechtse Academiegebouw om de studentenadministratie te vernietigen.

Om hun activiteiten te bekostigen én om geld te vergaren voor schrijvers en kunstenaars die zich niet bij de Kulturkammer wilden aansluiten, begonnen Geert – die als schuilnaam ‘Bas Busy’ en ‘Busy Bee’ had – en de zijnen een clandestiene uitgeverij. Als een knipoog naar Geert werd De Bezige Bij de naam hiervan. De studenten gaven rijmprenten en schotschriften uit, onder andere het beroemde ‘Het lied der achttien dooden’ van Jan Campert en het hilarisch satirische boek De Moffenspiegel. De populaire geheime uitgaven hielpen in de zware oorlogsjaren veel leed te verzachten, zowel financieel als moreel. De keerzijde was dat er aan het einde van de oorlog ook mensen door de Duitsers zijn gefusilleerd vanwege uitgaven van De Bezige Bij.

Geert Lubberhuizen is tot drie jaar voor zijn dood directeur van de uitgeverij gebleven. Heden ten dage is zijn bedrijf nog steeds gevestigd in het pand aan de Van Miereveldstraat. Honderden beroemde schrijvers zijn de afgelopen decennia de voordeur gepasseerd, onder wie illustere namen als Harry Mulisch, Jan Wolkers, Gerard Reve, de Vijftigers, Jan Cremer, Simon Vestdijk en Remco Campert, de zoon van Jan Campert.

Vandaag stond ik er lange tijd voor, althans langer dan ik ooit naar een entree heb gestaard. De karamel bruine deur heeft een verweerd groengoud uitgeslagen naamplaatje van mijn uitgeverij, met daarboven een betralied kijkvenstertje. De ooit glanzende beits vertoont fletse plekken. Een deur als vele deuren, en toch een die ik voortaan minder achteloos zal passeren.

RonaId Giphart

Colofon

Eerste druk, augustus 2020

Copyright © Uitgeverij JEA

Uitgeverij JEA is onderdeel van Joh. Enschedé Amsterdam

Copyright foto’s © Thomas Schlijper

Idee, concept en realisatie: Irmaria Pennekamp

Copyright teksten © Thomas van Aalten, Annegreet van Bergen, Gershwin Bonevacia, Daan Borrel, Rianne van Dijck, Henk van Gelder, Ronald Giphart, Bert Hiddema, Bo van Houwelingen, Kluun, Nop Maas, Alice Taatgen, Pieter Vlaardingerbroek

© Henk Zantkuijl (uit Bouwen in Amsterdam, Uitgeverij Architectura & Natura, 1993)

Grafische vormgeving: Puntspatie [bno], Amsterdam

Druk: Joh. Enschedé Amsterdam B.V.

Omslagfoto’s: Vespuccistraat (voorzijde), Oudezijds Voorburgwal, Prinsengracht, Noordermarkt.

Schutbladen: Linnaeusdwarsstraat, Palmdwarsstraat, Warmoesstraat, Tweede weteringplantsoen

p. 1: Jan Olphert Vaillantlaan

p. 2: Amstel

Noot p. 63 (Deurbeslag, Rianne van Dijck)

  1. Els van Wageningen, winkelstories, www.winkelstories.com/Weijntjes00.html (2006).

ISBN 97890830 14098

NUR 400

Inhoud

  • Voorwoord – Bo van Houwelingen
  • Voor de deur – Gershwin Bonevacia
  • Met de deur in huis – H.J. Zantkuijl
  • Carmiggelts kopijbusje – Henk van Gelder
  • Deurbeslag – Rianne van Dijck
  • Loper van West tot Oost – Annegreet van Bergen
  • Voordeur De Bezige Bij – Ronald Giphart
  • Plantage Kerklaan 43 – Nop Maas
  • Een gewone wereld – Thomas van Aalten
  • Open deuren – Bert Hiddema
  • Voordeur met een rode loper – Alice Taatgen
  • Mijn vissenkom – Kluun
  • Lieve Femke – Daan Borrel
  • De scheiding tussen binnen en buiten – Pieter Vlaardingerbroek
  • Over de auteurs

Bindwijze: Hardcover

Oorspronkelijke releasedatum: 17 augustus 2020

Aantal pagina’s: 240

Gewicht: 1648 g

Product breedte: 239 mm

Product hoogte: 21 mm

Product lengte: 349 mm